Het is geloof ik het jaar van het afscheid. Gelukkig niet omdat artiesten de pijp aan Maarten geven, maar omdat ze het gewoon genoeg vinden na ruim 30 jaar (Slayer), ruim 40 jaar (Kiss) of 50 jaar (Ufo). Ook zanger Tony Mills geeft aan, na 40 jaar, dat zijn nieuwe album Beyond The Law zijn laatste solo-album zal zijn. Dat is toch wel jammer, want de albums die Tony Mills aflevert zijn zo verdraaid lekker om te beluisteren. Ook Beyond The Law is volgestouwd met heerlijke rockcomposities die niet gaan vervelen en waarvan het geluid vertrouwd aandoet.
Ergens lijken er wat centrale thema’s in de composities geslopen te zijn. Met The Westside grijpt hij terug naar de jeugdcultuur van de stad in de vroege 20ste eeuw. Muzikaal is het gewoon old-schoolrock waar de vibe van de stad in verscholen zit. Die vibe komt ergens ook terug in We Sold Our City en Crackin’ Foxy. Een fraai staaltje van Cityrock als je het mij vraagt. Cityrock die sterk in het verlengde ligt van een warm AOR geluid. Titelnummer Beyond The Law is uitgevoerd in een onvervalste AOR-stijl waarbij je er niet aan voorbij kunt gaan dat een band als Journey als voorbeeld zou kunnen dienen. Ergens klinkt het typerende stemgeluid van Tony Mills als een mix van Steve Perry met wat James LaBrie-accenten. Vooralsnog klinkt het als een klok. Het tempo is goed en de compositie is van begin tot eind een genot om te beluisteren. Dat gevoel komt zeker terug in Black Sedan. Dit is hardrock volgens het boekje. De riff is om door een ringetje te halen en het drumgeluid van Pete Newdeck (die mede verantwoordelijk is voor de composities) valt op het juiste moment in. Couplet, refrein en solo zijn mooi op elkaar afgestemd. Tekstueel komt de ‘Lord’ regelmatig om de hoek kijken en daar is het tweede thema dat opvalt. Want behalve hier begint Tony Mills in Running Gunsover het feit dat zondag de gang naar de kerk wordt gemaakt. Toeval of thema? Ik weet het niet. Running Guns valt wel onder de rustige noot van het album, samen met Bonnie’s Farewell waarin Chris Aldridge met zijn saxofoon een bijzonder ingrediënt toedient aan de ballad. In het begin heel centraal, maar gaandeweg de compositie is het saxgeluid volledig geïntegreerd in de muziek.
Dat is ook wel het mooie van Tony Mills. Het maakt helemaal niets uit welke richting hij binnen de AOR/rock kiest, zijn stem past er heel goed bij. Zo gebruikt hij in Code Of Silence wat invloeden uit de southern rock qua gitaar en heeft het geheel een beetje een bluesy stijl zonder dat Tony Mills erg afwijkt van zijn kenmerkende geluid.
Er komen nog wat uptempo composities voorbij. Zo is FBI gesierd met een lekker tempo en wordt er stevig gerockt waarbij er nog even in een hogere versnelling wordt gespeeld in de refreinen. Met Gunfire sluit het album eveneens lekker snel af. Een mooi einde van een album en een carrière. Ergens doet de compositie me ergens aan denken, maar ik kan er net de vinger niet opleggen. Ik ga er gewoon van uit dat het geluid van Tony Mills al jaren als mooie constante factor ingezet wordt en ook Beyond The Law is geen uitzondering op de heerlijke muziek die Tony Mills neerzet. Toch jammer dat zo’n stem voor de rockscene verloren gaat. Maar het is hem gegund.
Tony Mills – Beyond The Law
321
vorig bericht