Over Ace Frehley kunnen we menig boek schrijven. Hoewel hij sinds de begin jaren tachtig al geen deel meer uitmaakt van KISS, blijft zijn naam onlosmakelijk met deze band verbonden. En dat is ook vrij logisch. Hoewel hij eerst met Frehley’s Comet vrij succesvol was en hij vorig jaar, voor het eerst sinds vijf jaar, weer een solo-album opnam dat wereldwijd goed werd ontvangen is hij nog altijd waanzinnig populair bij de die-hard Kissfans en kreeg ook hij een plaatsje in de Hall of Fame (dat voor nogal wat opschudding zorgde toentertijd).
Dit jaar wordt de begenadigd gitarist 65 jaar en komt hij met Origins volume 1 (dat dus waarschijnlijk ooit een vervolg krijgt). Geen eigen nummers op dit album, maar twaalf nummers uit onder meer de begintijden van de rock (and roll).
Mijn eerste indruk was: heeft hij dit nou nodig? Het antwoord moet ik schuldig blijven. Feit is wel dat Ace Frehley het voor elkaar heeft gekregen om de sfeer van de originelen sterk neer te zetten, terwijl hij trefzeker toch zijn eigen stempel heeft weten te drukken op de vertolkingen ervan. Vooral in het Thin Lizzy-nummer Emerald (waar hij bijgestaan wordt door niemand minder dan Slash) en Bring It On Home van Led Zeppelin weet hij de herkomst van de nummers sterk neer te zetten, terwijl het onmiskenbaar zijn eigen geluid is wat je te horen krijgt. Ten aanzien van de productie had het geluid wat minder hol mogen klinken in bijvoorbeeld White Room (Cream). Opvallend, maar niet verwonderlijk, is het sterke gitaargeluid dat Ace Frehley neerzet in deze versie. Naast White Room staat er een wat meer voor de hand liggende klassieker op het album zoals Wild Thing (The Troggs) waarin Lita Ford een minder voor de hand liggende vocale ondersteuning biedt. Daarnaast vinden we van de Stones het nummer Street Fighting Man, Magic Carpet Ride (Steppenwolf) en Till The End Of The Day (The Kinks) en Spanish Castle Magic (Jimi Hendrix). In laatstgenoemd nummer speelt John 5 mee. Zijn geluid horen we eveneens terug in de Kiss/Frehley-klassieker Parasite terug. Naast deze Kiss-klassieker zijn er nog twee Kiss-nummers te vinden op het album. In het sterke Cold Gin speelt Mike McCreedy (Pearl Jam) gitaar. Het derde nummer van Kiss is Rock And Roll Hell. Het nummer dat afkomstig is van Creatures Of The Night is verrassend te noemen. Het komt van het eerste album van Kiss waarop Ace Frehley niet meer te horen is, maar nog wel op de originele hoes te aanschouwen is. Het nummer van Gene Simmons wordt wel sterk vertolkt. Op Origins volume 1 zingt Kiss-zanger/gitarist Paul Stanley mee op het Free-nummer Fire And Water. Het is voor het eerst sinds Psycho Circus uit 1998 dat de beide heren op één album te horen zijn.
Na het beluisteren van het album ben ik er wel uit. Ace Frehley heeft het niet nodig om een album vol covers op te nemen, maar weet in de twaalf nummers wel te boeien en levert een aardig doorkijkje in de geschiedenis van de rock (and roll). Gitaartechnisch blijft hij in alle nummers sterk overeind, waarin hij vooral in Emerald een fameuze gitaarsolo uit zijn gitaar weet te persen. Qua zang is Ace Frehley gewoon Ace Frehley. Een bijster goede zanger is hij niet, maar hij heeft wel een zeer karakteristiek geluid en dat siert hem wel degelijk. Ik ben niet ontevreden en ik kijk eigenlijk wel uit naar een volume 2 mocht deze er ooit komen.
Ace Frehley – Origins volume 1
490
vorig bericht