Muzikaal is Halo dan ook een mooie voortzetting hoewel het karakter toch wat donkerder en zwaarder aanvoelt. Zanger Tomi Joutsen heeft zich in de afgelopen jaren bewezen als zanger die naadloos de grunts en de clean vocals weet af te wisselen en ik moet zeggen dat hij qua performance enorm gegroeid is en de muziek van Amorphis draagt en naar een hoger peil lijkt te trekken. Qua bezetting verder is er gelukkig weinig gewijzigd en krijg je op Halo een geoliede machine voorgeschoteld.
Northwards is een mooie opener en weet te overtuigen door een aanstekelijke wending waarbij/-na toetsenist Santeri Kallio even de nodige ruimte krijgt om zijn ding op de voorgrond te mogen doen. Met de single On The Dark Waters lijkt Amorphis goed op dreef en krijg je een stevige riffbasis voorgeschoteld die aanspreekt. Hier vind je tevens het kenmerkende gitaargeluid dat als gouddraad doorweven is in de gehele compositie. Het refrein bevat de heldere clean vocals van Tomi en zijn zó innemend. Ook hier een verrassende wending dat gesierd wordt met een oosters accent, wat Amorphis niet vreemd is om te gebruiken. Ook op Queen Of Time kwam dit al naar voren. De tempowisselingen zorgen er daarbij voor dat je gekluisterd blijft luisteren. De andere single The Moon volgt op On The Dark Waters en klinkt vanaf de eerste toon warm en vertrouwd. Wat meteen opvalt is het heerlijke drumwerk van Jan Rechberger. Het wat afwijkende ritme fascineert en biedt de, vrij toegankelijke, compositie een fris elan. The Moon is niet moeilijk te vatten, maar is zo vol van muziek dat het je overweldigt. Daar ligt naar mijn idee ook een sterke factor in de muziek van Amorphis. Het is krachtig, melodieus maar klinkt daarbij ook heel easy alsof het als vanzelf gebeurt.
Dat natuurlijke evenwicht gaat in Windmane gewoon door. Kracht en melancholie ondersteunen en versterken elkaar. De grunts zet Tomi diep in terwijl de clean vocals wat lijzig volgen. De kleine versnellingen in de compositie houden de vaart erin en de aandacht erbij. De vanzelfsprekendheid in de muziek van Amorphis kan voor sommigen niet relevant zijn, maar voor mij betekent het herkenbaarheid en geborgenheid. Dat karakteristieke gitaargeluid van Esa Holopainen en Tomi Koivusaari biedt mij dat gevoel van comfort in A New Land. Zeker wanneer Tomi zijn strot wagenwijd openzet en daarna overschakelt, alsof het geen moeite kost, naar de herkenbare clean vocals van hem. De compositie is evenwichtig opgebouwd en alle ingrediënten die nodig zijn om tot een zeer smaakvolle muziekbeleving te komen zijn aanwezig.
In When The Gods Came ligt het contrast meer in het ingetogen gitaargeluid en het bombastische ritmespel. Het tempo ligt niet hoog en dat is weer anders in het diepe en donkere Seven Roads Come Together waarin er weer vaart wordt gemaakt. In alles blijkt dat het album Halo in vele aspecten weer zeer zeker erg aantrekkelijk is door de sterke combinaties die Amorphis inzet. De rem gaat op het tempo en gaat de groove de diepte weer in. Daardoor klinkt het allemaal weer erg meeslepend door de melancholische onderstroom.
Bij het beluisteren van War, Halo, The Wolf en My Name Is Night bemerk ik hoezeer Amorphis het geluid zeer consistent neerzet op het album. In War legt de drumpartij enige mooie accenten neer, het couplet is vrij duister neergezet terwijl de refreinen meer luchtiger zijn. De drumpartij wint al gauw aan kracht en het accent wordt sterker neergezet. De koorzang geeft een extra dimensie en lijkt de katalysator te zijn voor het bombastische vervolg.
Halo is toegankelijk en lekker wat zijn complementerende kant krijgt in het heavy The Wolf. My Name Is Night sluit het album in stijl af met een mooi duet en luchtige muziekstukken.
Halo is de finale van de trilogie. Alles wat je van Amorphis kan verwachten en wil verwachten krijg je helemaal. Het karakter is misschien over de hele linie wat zwaarder, maar de band zorgt ervoor dat juist de contrasten met de melodieuze en melancholische kant sterk aanwezig blijft.