Vanaf 2017 teistert Archspire de geluidsbarrière al en terwijl ik rustig een boek over geologie lees, slaat de seismograaf naast me flink uit, wanneer ik het nieuwe album Bleed The Future van Archspire ook mijn gehoorgang laat teisteren.
Bleed The Future is inmiddels het vierde album van de band en gedurende de pandemie terwijl alle leden van de band meer tijd hadden, werd het totale geluid van de band eens goed onder de loep genomen. Er was nu tijd om te werken aan nieuw werk zonder dat het tourschema enige druk o de band zette. Het doel was om een album neer te zetten dat meer toegankelijk was, dat het publiek zou omarmen, maar dat toch bruut en extreem zou klinken. Een mooi uitgangspunt moet ik dan zeggen.
Het is ze sowieso gelukt met de laatste compositie op het album. AUM is sneller dan snel, maar heeft van die heerlijke wendingen waar je de neiging hebt om even achterover te leunen en je de technische gitaarstaaltjes bezit van je laat nemen. Waarna je al snel weer wordt gelanceerd door de immense muzieksensatie die daarna over je heen komt.
Terug naar het begin zet Drone Corpse Aviator de toon al meteen. Drummer Spencer Prewett en bassist Jared Smith laten geen spaan heel van enige rustige ritmeregelmaat en walsen compleet over je heen terwijl het gitaarduo Dean Lamb en Tobi Morelli alle technische aspecten van het gitaarspel in bijna vier minuten de revue laten passeren. Het stemgeluid van Oliver Rai Aleron past helemaal op deze strakke granieten basis. De wendingen waar Archspire naar op zoek was in aanloop naar het album vind je hier goed terug. Golden Mouth Of Ruin wordt daarna meer gekenmerkt door een groovy basis waarin de riffs centraal staan en ritme- en tempowisselingen tot in de finesse worden toegepast. Gitaartechnisch lijken er wat djentinvloeden het geluid van Archspire binnen te zijn geslopen. Het is daarbij verbazingwekkend hoeveel tekst Oliver in die vier minuten als een ultransnelle rap over je heen kan strooien. Teksten die vanuit een horror-/scifithema geschreven zijn waarin de band zich afvraagt hoe het zou zijn wanneer mensen niet-menselijk nageslacht zou voortbrengen en naar welke dimensie de niet-geborenen dan naartoe zouden gaan. Voer voor psychologen of gewoon een kronkelige gedachtenspinsel.
Feit is dat de muzikale ondersteuning hierin krachtig de teksten blijft ondersteunen in een precair evenwicht van stijlen, zang en melodie. Dat gaat zo verder in Abondon The Linear waarna een heipaalkarakter Bleed The Future inzet. De gitaarmelodie weeft alles aaneen terwijl drum en zang synchroon de voortgang bewaken. In Drain Of Incarnation lijkt het even of we rustig en akoestisch verder gaan, maar na een minuut gaat de wals weer op volle kracht verder. Toch is deze compositie misschien wel diegene waar de contrasten het meest aanwezig zijn met scherpe scheidslijnen.
In Acrid Canon passen gitaar, drum en zang naadloos in elkaar en laveren met elkaar als een orkaan door het muzikale landschap alles en iedereen verbijsterend achterlatend. Reverie On The Onyx past tenslotte in het rijtje van Drain Of Incarnation. Rust en actie, hard en zacht, wattenbollen en heipalen wisselen elkaar hier af in een gevarieerde compositie.
Bleed The Future is een ervaring van meedogenloosheid. Archspire zet een compleet plaatje waarin deathcore en djentinvloeden de extreme metal van de band mooi aanvullen.
Archspire – Bleed The Future
447
vorig bericht