Arjen Anthony Lucassen – Even terug bij mezelf Deel II

Vervolg van deel I

Nu is Where Pigs Fly een erg luchtig nummer. Evenals bijvoorbeeld Pink Beatles In A Purple Zeppelin. Daarnaast staan er ook wat zwaardere nummers op en nummers waarbij folkinvloeden te horen zijn. Heb je bewust gekozen om veel muziekstijlen te gebruiken?
Arjen: Dat is wel een bewuste keuze geweest ja. Ik hou van contrasten. Het nummer Parental Procreation Permit dat gaat over de controle van de wereldbevolking is naast een zwaar onderwerp ook in een zware muziekstijl geschreven. Yellowstone Memorial Day is ook absoluut een zwaarmoedig nummer. Het is wel weer geschreven uit een soort interesse en niet uit angst dat de wereld zal vergaan of dat we met z’n allen de natuur aan het vernietigen zijn. Het is nogmaals niet prekerig bedoeld. Maar Yellowstone gaat over de beroemde geiser in het park die een paar keer per dag voor honderden toeristen zijn kunstje doet. Het is eigenlijk een grote vulkaan en statistisch gezien wordt het misschien wel weer eens tijd dat deze vulkaan gaat uitbarsten. Als dat nu gebeurt, zal dat een ramp van immense omvang zijn. Ik ben wel heel bewust omgegaan met juist deze extreme verschillen in tekst en muziek(stijl) Ik heb altijd al gehouden van die absurde contrasten/extremen in het werk van The Beatles (The White Album), Led Zeppeling (III), de oude Queen of bij Pink Floyd. De contrasten op Meddle (met het mooiste Floydnummer Echoes)
Is dat contrast ook het feit dat je naast Ed Warby ook Rob Snijders heb gevraagd om te drummen? Bij de Guilt Machine had je bewust niet voor Ed gekozen omdat hij zo stevig drumt.
Arjen: Het was inderdaad weer een bewust keuze. Ed is ontzettend hevig als het op drummen aankomt. Ik heb op The Universal Migrator van Ayreon in 2000 ook al gewerkt met deze tweedeling. Ed en Rob hebben heel verschillende drumstijlen. Ik heb dus express voor bepaalde nummers ook de geschikte drummer gekozen.
Voelde je bij dit soloproject niet zelf de behoefte om ook de drums te bespelen?
Arjen: Dat heb ik wel geprobeerd. De drumpartij op bijvoorbeeld When I’m A Hundred Sixty-four heb ik zelf gespeeld. Maar voor de andere nummers was en is mijn eigen drumspel toch niet goed genoeg. Ik ken mijn grenzen en gebruik dan liever Ed en Rob voor de nummers.
We zijn begonnen met het feit dat deze cd een zeer egoïstisch karakter heeft en dat je weer terug wilde naar jezelf. Betekent dit een einde van eventuele toekomstige projecten?
Arjen: Nee, absoluut niet. Projecten komen vanzelf. Ik zit altijd vol met ideeën en ik neem altijd alles op. Dat betekent niet dat alles nu bruikbaar is, maar de ideeën zijn er wel. Ik plan alleen niets. Een idee kan na verloop van tijd een stukje, een begin zijn van een nieuw project. 01011001, het echte laatste werk van Ayreon is alweer uit 2007 en ik heb wel weer zin in een nieuwe Ayreon. Het zal dan muzikaal hetzelfde zijn, maar tekstueel wel wat anders. Ook financieel heeft de laatste cd van Ayreon me nogal wat kopzorgen gekost. Ik wilde eigenlijk maar tien zangers op die laatste cd. Ik heb dan ook tien mensen benaderd, maar hoewel sommige mensen denken dat iedereen maar meedoet, is dat niet altijd het geval. Toen er niemand reageerde, heb ik maar tien andere zangers gevraagd. Daar reageerde er maar twee positief. Uiteindelijk heb ik dertig zangers gevraagd en ineens bleken er in de eerste lichting toch ook wel een paar interesse te hebben. Ineens had ik er zeventien en ik kan dan niet zeggen: ja leuk maar ik heb er nu genoeg. Had je misschien eerder moeten reageren. Nee, ik laat ze dan ook allemaal meedoen met alle financiële en logistieke gevolgen van dien. En het is natuurlijk ook heel fijn om met al die mensen te werken die ik zelf zo bewonder. Het is natuurlijk fantastisch dat zij juist mijn nummers spelen. Dat voelt goed.
We hebben het al gehad over cd 1 en cd 2. Op cd 2 heb je ook vijf covers staan. Wilde je dat graag?
Arjen: Ik had voor cd 2 vijf nummers over die ikzelf erg goed vind. Ik wilde van cd 2 niet een soort bonuscd maken met nog wat nummertjes. Ik wilde dat cd 2 met die vijf nummers een volwaardige cd zou worden. Ik besloot toen om er vijf covers bij te doen, zodat het een cd zou worden met kwaliteit. De nummers die ik hiervoor wilde hebben, moesten wel passen binnen het concept van de andere vijftien nummers. En deze nummers pasten daar enerzijds heel goed in en anderzijds zijn het ook favorieten van mij. Welcome To The Machine van Pink Floyd hoorde eigenlijk gewoon bij het verhaal. Maar na Echoes is dit het mooiste nummer van Pink Floyd dat ik ken. Eigenlijk dacht ik nog: afblijven. Dit kan niet. Maar het nummer paste zo goed in het verhaal dat ik het wel wilde gebruiken, maar dan wel heel anders. Heel industrieel. Dat paste zo goed. Het nummer van Led Zeppelin gaat wel richting het origineel, maar ik heb de mandoline vervangen in het nummer. The Blue Oyster Cult nagenoeg hetzelfde gebleven en bij The Alan Parsons Project heb ik van het couplet het refrein gemaakt. Maar ik vind die melodie van dat nummer zo mooi. Het is wel wat meer spooky geworden.

Je hebt de keuze voor de nummers voor cd 1 niet zelf gemaakt. De nummers waren al wel af. Ik kan me voorstellen dat je in een band als bijvoorbeeld Vengeance samen aan een nummer werkt en dat je dan ook feedback op ideeën krijgt. Heb je dat bij zo’n soloproject ook (nodig)?
Arjen: Ik ben niet zo’n bandman, dus ik heb daar niet zoveel behoefte aan. Ik laat in de demofase wel stukken van nummers aan anderen horen om te vragen wat ze ervan vinden. Ik heb dat bij zangers wel meer. Dan vind ik het fijn om te sparren met zo’n zanger over de zanglijn. Bij grote zangers word ik dan ook heel klein. Om iets duidelijk te maken, zing ik zo’n geweldige zanger voor wat ik in gedachten heb. Maar ik ben dan natuurlijk lang niet zo goed. Ik houd wel van het geluid van mijn eigen stem. Het is een beetje een Engelse manier van stemgebruik zoals bij John Lennon of The Kinks. Maar net als bij drummen ken ik mijn beperkingen.
Voor een Ayreonproject heb je wel eens gezegd dat het ontzettend makkelijk is om met zoveel zangers te werken. Je schrijft wat en je zoekt de zanger erbij. Voor de Guilt Machine vond je het al wat moeilijker om de teksten voor één zanger neer te zeteen. Hoe moeilijk is het dan om voor jezelf de zangpartijen te schrijven?
Arjen: Dat is moeilijk. Zoals ik al zei ken ik mijn beperkingen. Ik vond het dan ook een hele uitdaging om alleen met mijn eigen stem een hele cd interessant te maken. De verschillende stijlen zorgen wel voor deze diversiteit, maar het is niet altijd makkelijk. Ik heb bijvoorbeeld best veel moeite met de lage zangpartijen. Zo’n tekst als in Yellowstone Memorial Day was moeilijk om te doen. Bij zo’n zwaarlijvige tekst hoorde ook een zwaar geluid. Nu lukt het mij alleen maar ’s ochtends vroeg om zo laag te zingen. Ik ben dan ook voor deze opname op een morgen om 6.00 uur uit mijn bed gegaan. Naar mijn studio gestrompeld om daar zo vroeg in de ochtend juist dit nummer in te zingen. Eigenlijk gekkenwerk.
Religie is één van de onderwerpen die je aansnijdt in je teksten. So Is There No God? is het bewijs ervan.
Arjen: Dat klopt. Ook hier echter geen gepreek. Mensen moeten zelf na gaan denken over dit soort onderwerpen. Maar stel nu eens dat er een God is. Hoe heeft hij dit dan allemaal gemaakt? En wat kunnen computers over 100 of 1000 jaar? Er komt een tijd dat computers intelligenter zijn dan mensen. Wat is er dan mogelijk. Als God de wereld zou kunnen scheppen, zouden computers dan een virtueel heelal kunnen maken in de toekomt?
Tenslotte wil ik je nog vragen wat we kunnen verwachten van een optreden. Bij de pre-releaseparty in Utrecht was het overvol en genoot iedereen van je optreden. Gaat dat een vervolg krijgen.
Arjen: Ik heb er heel erg tegenop gezien toen in Utrecht. Als ik er dan eenmaal ben, vind ik het prachtig om al die mensen te zien en te spreken die zo van de muziek genieten. Maar ik vind het niet leuk. Bij Star One hebben we toen een korte toernee gedaan. Ik ben echter een half jaar bezig met voorbereiden voor acht shows. Ondertussen is het voor elke show weer wachten en vervelen. Ik doe het toch liever niet. Hoe ze me weer zover hebben kunnen krijgen om op de Record Store Day te spelen op drie plaatsen, weet ik niet meer. Dat hebben ze toch weer goed voor elkaar gekregen.
Oke, ik wil je bedanken voor de tijd en wens je heel veel succes. Lost In The New Real is bovenal een uitstekende cd geworden met verschillende stijlen maar waar je de Lucassensound prachtig in hebt weten te verweven.

Related posts

Maanvlinder: We blijven onszelf verrassen

Skroetbalg: Doordachte simpelheid

Forlorn: Midsommar Metal!