Vanuit de techno-metalcore invalshoek wordt Affair ingezet dat overgaat in Divorce. Een nummer waar de gemiddelde metalcore kippenvel van krijgt. De pompende ritmesectie voedt de groove in het nummer en de verrassende hooks en het dubbelspel van clean en brute vocals maken het helemaal af. Het Firstborn begint lekker frivool en luchtig, maar groeit al snel uit tot ‘a song for an ADHD-er’. Rond de basis wikkelt Atena zo een diversiteit aan klanken en geluiden dat je van goeden huize moet komen om hier rustig naar te luisteren. Dit overkomt je later op het album trouwens ook bij Viole(n)t. Ook hier een uiterst intens nummer met de (be)nodig(d)e impulsen. De zang kent vele aspecten op het album. In Child Support gaat Atena verder waar Eskimo Callboy stopt en doet de zang erg denken aan de manier van zingen bij Rage Against The Machine. Iets dat in Black Lungs eveneens aanwezig is, hoewel hier een samenspel is met de stijl van Slipknot. De samensmelting van zang en melodie zorgen wel voor een goede groove. Molly behoort wel tot mijn favorieten op het album. De intensiteit is enorm en de energie spat eraf. De ‘geijkte’ metalcorebasis krijgt in zang en muziek zoveel extra’s dat het richting chaotic-metalcore gaat. Kenmerkend is wel een retestrakke riff die het nummer voorstuwt.
Shades Of Black Won’t Bring Her Back is daarmee een heel bijzonder album geworden, waar je wel even de aandacht voor moet nemen. Het mag allemaal wel extreem, maar Atena blijft binnen de grenzen van het té complexe extremiteit. Het is allemaal goed te volgen en je hoort een band die de potentie laat ontluiken.