Tot op zekere hoogte vult Baroness die ambitie in met Gold & Green. Het is opnieuw een fijne mix van rock, stoner, grunge, postmetal , doom en prog. De fans worden vanuit die vertrouwde elementen meegezogen naar een geluid dat tot voor kort nog onverkend terrein was voor de band, met elementen van noise, jazz, spacerock, postpunk (op Seasons) en posthardcore. Zelfs triphop wordt op een bepaald moment voor de kar gespannen.
Het meest vertrouwd klinky Baroness op deze Gold & Grey op tracks als Front Toward Enemy, Broken Halo, I’m Already Gone en Tourniquet. Op Throw Me An Anchor omarmen ze de bombast van Muse en dat doen ze nog een paar keer. De korte intermezzo’s halen er wat de vaart uit en voegen niet altijd iets toe, al zal elke luisteraar daar wel een ander idee over hebben. De tweede helft van het album is meer gloom & doom en ook iets rustiger. Te rustig misschien voor de gemiddelde metalfan. Afsluiter Pale Sun oogt bij de eerste luisterbeurten inderdaad wat als een schlemielig waterzonnetje op een koude dag.
Gold & Grey is geen makkelijk album. Het heeft een tiental luisterbeurten nodig voor je het begint te doorgronden. Voor je de link snapt tussen de muziek en de lyrics. Voor je doorhebt op welke plekken ze je wilen raken.
Ambitie hebben, dat is het minste wat een band nodig heeft. Dosering is daarin net zo belangrijk, zodat je publiek kan meegroeien met de band. Radiohead,Smashing Pumpkins en zelfs een Queensrÿche of een Dream Theater hebben al eens de dosering uit het oog verloren en muzikale grenzen verlegd waar hun fans nog niet klaar voor waren. Het is nog te vroeg om Baroness in dat rijtje te laten aansluiten. Misschien wordt deze Gold & Grey al gerehabiliteerd in de eindejaarslijstjes van dit jaar.