Nauwelijks bekomen van het tweede album van Bear, Noumenon, komt de Belgische metalorkaan met het derde album dat de veelzeggende titel III mee heeft gekregen. Ondertussen hebben de heren absoluut niet stil gezeten en hebben menig zaal zeker plat gespeeld onder meer als opwarmer voor bands als Meshuggah en Converge. Ergens niet verwonderlijk want ook op III laat deze Belgische metal-/deathcore/djentband geen spaan heel van je trommelvliezen.
Het is wel weer even wennen met de opener Blackpool. De licht chaotische compositie vraagt wel even een cultuurommeslag in het luisteren en denken. Het kan niet anders dat de heren liefhebber zijn van The Dillinger Escape Plan. Na het rifftermezzo Klank komt dit licht chaotische karakter terug in Raw, Construct.Constrict en Adjust.Adapt. Voor mij zijn dit de composities die daardoor helaas iets minder aanspreken, hoewel de explosiviteit zijn weerga niet lijkt te kennen in metalland. Opvallend in Adjust. Adapt is de retrozang in het geheel en het kinder-/engelengezang aan het eind van de compositie. Een wel heel bijzonder einde van het album.
Mijn voorkeur gaat meer uit naar de composities die daartussen hangen. Het tegendraads ritme in Hounds en het Gojira-karakter vooral qua zang grijpt me beet en laat me voorlopig niet meer los. Wars van elke regel, grens of genre beukt Bear er industrieel op los in Masks. Niet alleen heeft het pompende ritme en het overtuigende gitaargeweld een impact. Ook het pakkende refrein stuwt het geheel tot grotere hoogte.
Complex, doch uiterst goed te volgen (of ik ben inderdaad ondertussen gewend aan het brute metalgeluid van de band) is Childbreaker. Het energieke en gretige blijft in een zeer strakke en sterke compositie. Het gitaargeluid wurmt zich als een kettingzaag met zes snaren door het geheel terwijl een flinke groove niet wordt geschuwd en goed blijft hangen.
Hard is hard, maar met Knives Are Easy doet Bear er nog even een schepje bovenop. Furieus is het goede woord voor deze eruptie, die heel stopt om als warme lava rustig de berg af te stromen voordat het geheel weer explodeert. Dat zet zich zeker voort in The Oath. Eenzelfde structuur is merkbaar. Door binnen de nagenoeg onnavolgbare en ontembare geluidsmeer even gas terug te nemen, wordt de luisteraar aandachtig bij de lurven gegrepen.
Bear kent geen grenzen en dat blijkt des te meer in 7. Een uiterst interessante compositie die gesierd is met fraaie details in geluiden en het gebruik van diverse stijlen in de bijna vier minuten dat de compositie duurt. Juist deze variëteit zou de samenhang kunnen verstoren, maar dat is absoluut niet het geval. 7 lijkt juist na meerdere luisterbeurten steeds interessanter te worden en details komen meer aan de oppervlakte bij het veelvuldig luisteren.
Met Noumenon speelde Bear zich op de radar bij mij en daar zijn ze gebleven. De extreme metal die doorspekt is met diverse invloeden en gespeeld lijkt te worden in een allesverzengende razernij laat gewoon niet meer los. Het blijft even wennen, maar al gauw past deze muzikale handschoen je als gegoten.
Bear – III
261
vorig bericht