BEUK: die idiote ‘Brexshit’ is voor ons veel ingrijpender dan covid-19

De Vlaamse hardrockers van BEUK doen het in het Nederlands. Eerder dit jaar brachten ze hun album Beuker uit, waarvan de vollere sound ons zeker kon bekoren. De band is populair in de België en in de UK, maar komt ook graag naar Nederland spelen. Wij gingen even langs voor een leuk gesprek.

Het lijkt alsof er steeds meer Vlaamse harde bands in het Nederlands willen zingen in het buitenland. Na Fleddy Melculy komt nu ook Amenra met een Nederlandstalig album. Is er sprake van een trend?

BEUK: Elke vogel zingt zoals hij gebekt is. Iedereen mag doen wat hij wil. De écht goede Engelse lyrics door buitenlanders zijn zeldzaam. Ik luister alvast liever naar iemand die goed in zijn eigen taal schrijft dan de zoveelste Vlaming, Waal, Nederlander, Duitser of Fransman in krakkemikkig Engels.

Je hoort al eens dat Rammstein het vuur aan de lont stak van het niet noodzakelijk in het Engels te moeten zingen om internationaal door te breken.

BEUK: Rammstein was de eerste band die op industriële schaal in zijn moedertaal doorbraak. Daarvoor maakten enkele andere bands furore maar niet met zulk effect. Bijvoorbeeld het Franse Trust uit de jaren ‘70 en ‘80 zag hun song Antisocial door Anthrax gecoverd en in de jaren ‘90 zong Sepultura in Ratamahatta in het Portugees over voetbal. In elk land heb je wel steengoede bands in de eigen taal –Van Dale in Nederland, Toten Hosen in Duitsland en Tankcsapda in Hongarije – maar die bereiken meestal niet het internationale topcircuit.

De meeste van jullie lyrics zijn in het Algemeen Beschaafd Nederlands, maar zopas coverden jullie Brugge In M’n Herte (Brugge In Mijn Hart) in het dialect. Hoe kwam dat zo?

BEUK: We maakten die cover op vraag van de Krant van West-Vlaanderen, als onderdeel van een campagne om het originele lied te laten erkennen als officieel volkslied van de stad Brugge. We beleefden er plezier aan want het repertoire van Benny Scott behoort tot ons collectieve erfgoed. Aan de basisakkoorden en perfect getimede versvoeten merkten we dat Benny Scott van origine een rock ’n roller pur sang is. We goten er peper en hete chilisaus over en schakelden voor de eindmix Romesh Dodangoda – die ons recentste album producete en mixte – in. Benny Scott liet al weten dat hij in de wolken is met onze versie. Wie weet, staan we binnenkort eens samen op het podium.

 De cover in het Brugs werd gesmaakt door jullie fans. Komen er dan nog nummers in het dialect?

BEUK: Dat zijn we niet van plan. De betrachting is steeds dat de luisteraars de teksten begrijpen van De Panne tot Maaseik en van Ninove tot Groningen. Het was wel plezant om te doen: in je eigen dialect rollen de klanken honderd procent natuurlijk uit je mond. Bij het eerste concert na de versoepelingen speelden we die song live en het hele publiek zong mee. Die blijft dus alvast in het repertoire wanneer we in de buurt van Brugge optreden.

Jullie hadden tot aan de coronacrisis een goede voet aan de grond in de UK. Zullen ze BEUK daar nog kennen na meer dan een jaar ‘radiostilte’?

BEUK: We krijgen nog dagelijks berichten van Britse fans en collega-muzikanten. Ook daarginds ligt de muziekscene evenzeer al anderhalf jaar op apengapen en we leven met elkaar mee. Laten we hopen dat het overal weer aantrekt.

Verandert de Brexit iets voor jullie?

BEUK: Die idiote ‘Brexshit’ is voor alle muzikanten aan weerszijden van de grens veel ingrijpender dan covid-19. Vooral voor de Britse bands, die een écht exportproduct zijn, worden de bijkomende papierwinkel en kosten gigantisch. We horen alvast dat de Britse grenscontrole bijzonder streng is en elk busje van een band behandelt alsof je goederen van een groot bedrijf exporteert of importeert. Wij kijken voorlopig de kat uit de boom. Er is nog heel veel onduidelijkheid over wat je wel of niet mag en moet doen.

Nederland lijkt een moeilijke horde voor BEUK, net als voor andere Nederlandstalige Vlaamse bands als bv. Gorki, De Mens, De Kreuners, … Omgekeerd zijn Nederlandstalige Nederlandse bands in Vlaanderen doorgaans wel populair. Wat zou daarvan de oorzaak zijn?

BEUK: Wellicht speelt niet zozeer de taal een rol, maar heeft het meer te maken met de muzikale smaak. Misschien zijn er in Nederland minder mensen die van harde rock ’n roll houden. Maar de aanhouder wint. We krijgen al meer airplay in een aantal Nederlandse metal-radioprogramma’s en er komen voorzichtige vragen voor optredens.

Binnenkort spelen jullie op Kaaipop in Breskens, maar welk Nederlands festival heeft jullie voorkeur?

BEUK: Naar het schijnt is Zwarte Cross de max. Producer Ace Zec, van onze vorige EP Dynamiet, is daar ooit geweest en hij raadt ons aan om daar eens te gaan spelen. Helaas is dat festival nu al voor het tweede jaar op rij afgelast. Bij Zwarte Cross moeten ze ons ook nog op hun affiche willen, natuurlijk.

Op het nieuwe album lijkt het alsof jullie slechts de helft van de nieuwe tracks hebben kunnen opnemen en dat aangevuld hebben met live-nummers?

BEUK: De muziekindustrie evolueert naar een tijdperk van singles en EP’s. De lat voor de technische kwaliteit ligt vandaag veel hoger dan vroeger en daardoor vergt een volledig album zware investeringen. En dat terwijl het publiek net veel minder albums koopt. Het was onze bedoeling om Beuker uit te brengen als een EP met vijf studiosongs. Maar toen kwam de coronacrisis en moesten we wachten, wachten, wachten… In de zomer van 2020 speelden we een streamingconcert waarvan de opnames wonderwel meevielen. Toen kwamen we op het idee: laten we dit bundelen om de fans in die stille periode iets te geven. Zo werd de EP alsnog een album.

Jullie hebben producer Dodangoda vast ook gekozen omdat hij nog met Motörhead gewerkt heeft. Welke leuke anekdote heeft hij verteld over Lemmy?

BEUK: Inzake ankedotes was het een teleurstelling. Romesh Dodangoda is een stille, rustige man die alles in de rockwereld heeft gezien, maar er niet veel over vertelt. Een beetje horen, zien en zwijgen. Misschien draait hij net daarom al zo lang mee in de schaduw van de grote sterren. Naast zijn koffieapparaat hingen wel affiches en foto’s met handtekeningen en bedankingen van Motörhead voor zijn werk.

Veel bands hebben de coronacrisis aangegrepen om nieuwe nummers te schrijven en soms zelfs ook op te nemen. Hoe zijn jullie als band die periode doorgekomen?

BEUK: We bleven in de mate van het mogelijke optreden, repeteren en songs schrijven. Maar uiteindelijk ging eind oktober 2020 onherroepelijk het blok erop en kwamen we pas in mei 2021 weer fysiek bij elkaar. Gitarist Meyke schaafde zijn technische vaardigheden bij en ik zong en speelde dagelijks, weliswaar vooral op akoestische gitaar in plaats van bas. Drummer Larry nam pauze om zijn lichaam weer op adem te laten komen. In mei 2021 namen we als herboren de draad weer op. Met een grote ‘oef’ stelden we vast dat na die eeuwigheid de magie tussen ons drie nog even fris klonk. Ons eerste post-corona-concert was letterlijk een verademing: je voelde de opluchting van mensen om zonder mondmasker en samen van muziek te kunnen genieten. Wat een bevrijding om eindelijk weer lachende gezichten te zien! We verlangen ernaar dat iedereen zich weer vrij zal kunnen uitleven zonder het risico elkaar te besmetten. Maar we zijn geduldig en voorzichtig: een aantal kennissen verloren hun leven. Daar stap je niet zomaar licht over heen.

Dichteres Delphine Lecomte, in Vlaanderen wereldberoemd dankzij haar deelname aan De Slimste Mens, droeg onlangs een BEUK-shirt op een paginagrote foto bij een interview in Humo. Wisten jullie dat ze fan is? Volgt er een samenwerking?

BEUK: Wij hadden absoluut geen idee dat ze ons kent of goed vindt. Wel leuk, als je weet dat ze doorgaans t-shirts van ‘grote’ bands als Black Sabbath, AC/DC en Whitesnake draagt. Over een samenwerking hebben we nog niet nagedacht. Delphine is een straffe schrijfster, maar haar typische stijl bestaat uit lange woorden en opeenstapelingen van adjectieven. Dat vloekt met het korte, gebalde register van onze rocklyrics. Maar wie weet, misschien creëert dat wel een unieke spanning.

Welke plannen hebben jullie nog met BEUK?

BEUK: Dit en volgend jaar staat alles in het teken van spelen, spelen, spelen. We reizen met het album Beuker rond alsof elk optreden een persoonlijke CD-voorstelling is. In de korte tijd sinds het versoepelen van de coronamaatregelen werden al meer dan 15 optredens geboekt, waarvan een paar op hele mooie plaatsen. Onze muziekvrienden zijn ons graag blijven zien en dat geduld moeten we belonen. Je voelt dat organisatoren en hun publiek hunkeren naar live optredens. En wij ook!

Related posts

Forlorn: Midsommar Metal!

Will Putney (Fit For An Autopsy): We zijn gewoon een agressieve metal band

Harry Oelers (Axxis) – Ik zal vooral genieten van mijn pensioen