Een ensemble dat kort na de aanvang van de tweede golf van Black Metal zijn entree maakte en desondanks voortleeft, is dit Noorse Borknagar. Het agressieve geluid van hun gelijknamige debuut uit 1996 is allang niet meer aanwezig, maar Oystein G. Brun is de constante factor in hun gelederen en blijft onverstoorbaar. Dit Noorse gezelschap heeft een gedaanteverandering ondergaan naar het domein van de Progressieve Metal en Folk Metal, terwijl de invloeden van de Black Metal te allen tijde subtiel waarneembaar blijven. Na de succesplaat True North uit 2019 heeft het lange wachten eindelijk geloond, want het twaalfde wapenfeit Fall is werkelijkheid geworden.
Borknagar presenteert ons acht nieuwe werken die in speelduur variëren van vijf tot tien minuten, waarvan single Summits de eerste is. In acht minuten tijd neemt de toehoorder deel aan een progressieve Black Metal odyssee, waarin ICS Vortex zijn virtuoze vocale veelzijdigheid kan etaleren. De afwisseling tussen zuivere klanken en duistere uithalen is datgene wat Borknagar zo kenmerkt. Het akoestische intermezzo brengt een oase van rust, terwijl gestaag wordt opgebouwd naar een slot vol progressieve virtuositeit en uitbarstingen. De toon is gezet en deze Noorse musici laten horen dat ze wederom hun plek opeisen in het metalen speelveld.
Met Nordic Anthem zijn we toe aan de tweede single van deze schijf. Waar Summits gedomineerd werd door Black Metal, ontdekt men hier het sonore landschap van Folk- en Viking Metal. Deze bedaarde compositie zit vol met subtiele arrangementen die het geheel een zwevend karakter verlenen en bijna doen denken aan bands als Wardruna en Heilung. Afar keert dan weer terug naar de duistere variant van het genre, maar imponeert door de integratie van folkloristische tonen. De subtiele klavierklanken en zachte drumslagen dompelen de luisteraar onder in het hoge noorden en past perfect in het verlengde van de vorige langspeler.
Op Moon gooit Borknagar het over een andere boeg en flirt frequent met solo’s en prachtige samenzang. De instrumentale tussenstukken zijn progressief van aard en bieden de bastonen de ruimte om te schitteren. Het creatieve drumwerk bekroont deze rustige doch overtuigende compositie en vindt zijn voortzetting in de opbouw van Stars Ablaze. Dit uitgerekte nummer wisselt moeiteloos af tussen genres, zonder ooit de aandacht te laten verslappen. Opnieuw maken Lars en Vortex meervoudig gebruik van hun stemmen, wat resulteert in een spirituele creatie.
Unraveling ontdekt de hardheid van weleer, maar voegt aanstekelijke refreinen toe. De trage zanglijnen worden voortdurende afgewisseld met krachtige screams en progressieve riffs, waardoor Unraveling bijna een heroïsch karakter krijgt. De geruststellende zangstem op The Wild Lingers creëert een sprookjesachtige sfeer. Ondanks dat er ogenschijnlijk weinig gebeurt, weet het de luisteraar desalniettemin te betoveren met zijn atmosferische complexie.
Afsluiter Northward voegt alle voorgaande elementen samen en toont zich het perfecte slotstuk. De krachtige riffs worden ondersteund door de schrille schreeuwen van het zwarte genre en worden zorgvuldig afgewisseld met melodisch-progressieve riffs en zuivere zang. Deze interactie resulteert in een boeiend schouwspel, waarbij met name de innovatieve riffs en solo’s de boventoon voeren.
Borknagar geeft met Fall een logisch vervolg aan Winter Thrice en True North, maar weet des te krachtiger voor de dag te komen door te spelen met een nog breder scala aan stijlen. Borknagar liet zich al niet in één enkel genre vatten, maar na deze langspeler lijkt de band nog meer dan voorheen te ontsnappen aan een definieerbare categorisering. Ergens tussen de atmosferen van Viking- en Folk Metal en op de grens van Black- en Progressieve Metal bevindt zich dit Noorse ensemble.