Iedereen die van metal houdt weet waarschijnlijk wel wie Bruce Dickinson is. Als frontman van één van de grootste metal bands ter wereld is hij intussen iconisch. Zijn eerste solowerk kwam uit na zijn vertrek bij Iron Maiden, toen hij daar jaar laten weer bij terugkeerde wist hij daarmee zijn solowerk te combineren. Toch dateert dat laatste solo album alweer uit 2005. Maar hier is dan toch zijn nieuwe solo album, dat links heeft met de stripreeks die hij binnenkort ook gaat uitbrengen.
Waar zijn eerdere solowerk soms toch echt wel anders klonk dan zijn songs in Iron Maiden past dit album prima in die discografie. Het merendeel van het album bestaat uit episch klinkende heavy metal composities, soms met een klein doom randje. Voor dit album werkte hij samen met gitarist/producer Roy Z.
We horen flink wat NWOBHM riffs en solo’s maar op sommige nummers, zoals Rain On The Graves en het scheurende Mistress Of Mercy klinkt het net wat zwaarder. De gitaarintro van Resurrection Men, het gitaardebuut van Bruce, geeft me even een surf rock / country vibe in de zin van Chris Isaak’s Blue Hotel. Verrassend genoeg zijn daar ook nog bongo’s op te horen. Overigens, op ballad Face In The Mirror hoor je Bruce wederom op gitaar. Als Eternity Has Failed je bekend voorkomt, kan dat kloppen. Het is een remake van Iron Maiden’s If Eternity Should Fall. Het album bevat redelijk wat lekker in het gehoor liggende, catchy song zoals openers Afterglow of Ragnarok en Many Doors To Hell. Vooral afsluiters Shadow Of The Gods (oorspronkelijk geschreven als Three Tremors nummer) en Sonata (Immortal Beloved) klinken dan weer vrij zwaarmoedig en theatraal.
Dat Bruce kan zingen wisten we natuurlijk al. Die misthoorn uithalen die hem zo kenmerken zijn natuurlijk weer te horen. Hij gaat er zich echter nooit aan te buiten en grotendeels blijft hij prettig mid-range zitten. Een prima album van een man die weet wat hij doet.