Cactus – Temple Of The Blues

Cactus, de band die is ontstaan na het uiteenvallen van het legendarische Vanilla Fudge, moest ooit het Amerikaanse antwoord worden op Led Zeppelin. Die status hebben ze misschien niet helemaal kunnen bereiken, maar deze band is toch wel een klassieker van jewelste. Bijna vijfenvijftig jaar na oprichting, heeft mede-grondlegger Carmine Appice samen met andere oud-bandleden en heel veel muzikale vrienden een verzamelalbum met nieuwe versies van oude krakers opgenomen.

Gitaristen Joe Bonamassa, Ted Nugent, Pat Travers, Warren Haynes, Vernon Reid, Steve Stevens, Johnny A (The Yardbirds), Ty Tabor (King’s X) en bassisten Billy Sheehan (Mr Big), Dug Pinnick (King’s X) Tony Franklin (The Firm, Blue Murder), Phil Soussan (Ozzy Osbourne, Billy Idol), Rudy Sarzo (Quiet Riot, Ozzy Osbourne), Kenny Aaronson (ex- Joan Jet en The Yardbirds), hebben allemaal een duit in het zakje gedaan. Als gastzangers staan Dee Snider, Mark Stein en Ripper Owens de huidige zanger Jim Stapley bij, naast de originele gitarist Jim McCarty, bassist Jim Caputo en natuurlijk Appice op drums.

Veel van die interessante bands uit de vroege jaren zeventig heb ik pas veel later ontdekt, maar Cactus hadden ze ook in mijn lokale rijwielhandel annex platenwinkel. Deze platen zijn dan ook al vele jaren onderdeel van mijn collectie en worden nog met enige regelmaat uit de kast getrokken.  Het was dan ook wel even wennen met deze “nieuwe” versies van de klassiekers. Opener Parchman Farm met extra gitaargeweld van Joe Bonamassa en Billy Sheehan klinkt toch wel weer erg lekker en ook One Way Or Another, is ondanks dat het iets minder bluesy/Hendrix klinkt (toch iets meer hardrock), heel fijn luistervoer. Ach ja, Ted Nugent is, als hij zich niet als een Tedje van Es met de politiek van “de vrije jongens” bezig houdt, als gitarist heel erg fijn aan te horen. Misschien had hij iets meer het oude Amboy Dukes blues stijltje mogen aanhouden, maar die bevlogen wah-wah en ook iets als het psychedelische sfeertje, inclusief dat vlagerige effect in het geluid, het is ze maar weer mooi gelukt. Bij bijvoorbeeld Bro Bill mis ik wel echt dat randje aan de stem zoals van Rusty Day, maar ja, je kan niet alles hebben. Dee Snider doet het dan toch verbazingwekkend lekker in Evil, een nummer dat oorspronkelijk van Howlin’ Wolf is, en ook als eens heel fijn door Monster Magnet gecoverd is.

De originele albums, en dan vooral de vroege jaren zeventig albums, zijn gewoon klassiekers, en de versies van toen zijn nog steeds geweldig luistervoer. Nostalgische bagage kan echter ook een eerlijke luisterbeurt in de weg staan. Toch moet ook ik toegeven; deze “nieuwe” versies zijn wel gewoon top werkstukjes die een kans verdienen. Natuurlijk zitten er voor de kenners van het repertoire nummers bij die niets toevoegen, te gepolijst zijn, of zelfs een slap aftreksel zijn van het origineel. Persoonlijk heb ik bijvoorbeeld weinig met de nieuwe Rock n Roll Children, maar als een zielenknijper als No Need To Worry toch weer met kippenvel aanslagen gepresenteerd kan worden (mede dankzij Warren Haynes en Jorgen Carlsson van Gov’t Mule), dan kan ik daar alleen maar mijn bewondering voor uitspreken. Deze plaat komt naast de digitale en CD release, ook op vinyl als dubbelalbum, dus dit zal toch weer een nieuwe toevoeging aan mijn Cactus verzameling worden, denk ik zo.

Related posts

Kingfisher Sky – Feeding The Wolves

1000Mods – Cheat Death

Joy Shannon – An Chailleach