Ze hebben wel aandacht voor de groove, maar veel minder voor de melodie. Al zijn er een paar schaarse momenten waarop de melodie toch de bovenhand krijgt of waarop je eens lekker kan headbangen. Soms wordt het heel nerveus en technisch, maar het blijft meestal mooi binnen de lijnen van wat we vandaag ‘pure’ deathmetal noemen. Vernieuwend is het niet, voorspelbaar soms wel, maar Carrion brengt het met veel passie en kon zo het Deense label Mighty Music overtuigen.
De band beukt op dit tweede album onophoudelijk op je trommelvliezen. Zonder genade en zonder aflaten. Mutilation, Urge en Supreme zijn als meest intense tracks heel representatief voor het album. Het instrumentale Death From Deep Within is een goed getimed rustpunt, hoewel die lekker diepe grunt niet snel gaat vervelen. Het afsluitende In The End, There Is Only Death is het orgelpunt van dit album. Een knappe track, met veel afwisseling en toch heel logisch en organisch opgebouwd.
Time To Suffer bewijst dat deathmetal niet eentonig of saai hoeft te zijn. Als je er als band net zoals Carrion je hart en ziel in legt, zal je zeker de fans kunnen overtuigen.