Crites is een Belgische band die pas twee jaar aan de weg timmert en die zopas zijn intrigerende debuutalbum uitbracht bij Starman Records. Ze brengen lekker weerbarstige noiserock die soms uitstapjes maakt naar postrock. Zet ze dus niet in het rijtje van andere recente noisebands als It It Anita, Brutus of Cocaine Piss. Wel komt Crites in de buurt van ‘oudere’, meer Amerikaanse noise als die van Jezus Lizard, Slint, Shellac en Girls vs Boys.
De twaalf tracks op dit titelloze debuut hebben allemaal een ingehouden spanning die maar weinig bands in de vingers hebben. Het gaspedaal wordt nooit helemaal ingedrukt. Mick Windey is geen natuurtalent als zanger, wat in dit genre doorgaans als sympathiek wordt ervaren, maar hij slaagt er wel in om je mee te nemen in zijn wereld. Mimi Van de Put puurt bij momenten flink wat soul uit haar bas en biedt de luisteraar een houvast doorheen de songs als de twee gitaristen, en soms ook de drummer, buiten de lijntjes gaan kleuren.
De hoogtepunten op dit debuutalbum zijn opener en single Walls, het van noise en fuzz naar poprock uitwijkende Run en Moan, dat hevig naar Pixies ruikt. Op het einde van Unrelenting lijkt de band de ingehouden spanning alsnog los te laten, maar dan komt er weer een baslijn die meer zalft dan slaat. Haywire heeft een paar coole, half-psychedelische gitaarrifjes en afsluiter Gimmick zoekt nog een laatste keer de grenzen op van de ingehouden spanning, om uit te monden in een slotakkoord dat Frank Zappa combineert met Sonic Youth.
Crites – Crites
291
vorig bericht