Ik koester de drie albums die vanaf eind jaren tachtig verschenen, Dan Reed Network (1088), Slam (1989) en The Heat (1991). Eigenlijk had Dan Reed Network de perfecte mix van tachtiger jaren pop en rock kunnen zijn, ware het niet dat platenmaatschappijen destijds geen idee hadden wat ze aanmoesten met acts die niet in één hokje pasten. Desondanks werden ze op basis van hun livereputatie voorprogramma van de Stones op de Steel Wheels-tour. Na de opkomst van de grunge was er al helemáál geen belangstelling meer voor de poppy funkrock van het vijftal en gingen ze ieder huns weegs.
De haren zijn korter – of geheel verdwenen – maar de teksten over maatschappelijke onderwerpen zijn gebleven en worden als vanouds verpakt in vette funk, puntige poprock en alles daar tussenin. Dan Reed en gitarist Brion James zijn als altijd grotendeels verantwoordelijk voor het songmateriaal, maar drummer Dan Pred en Melvin Brannon brengen onmiskenbaar de funk mee. Bij eerdere albums was de productie in handen van grote namen als Bruce Fairbairn (Bon Jovi) en Nile Rodgers (David Bowie), maar inmiddels hebben Dan Reed en Brion James voldoende ervaring opgedaan om het zelf te doen. Toetsenist Blake Sakamoto bleek bij verschijning van Fight Another Day geen deel meer uit te maken van de band en was vervangen door engineer en co-producer Rob Daiker.
Het begin is veelbelovend. “The Divide”, “The Brave” en het funky “Infected” zorgen voor hetzelfde gevoel als destijds. Catchy als de neten en met genoeg bijzondere details om verschil te maken. Het vocale intro bij “The Brave” bijvoorbeeld, hoe Dan Reed Network wil je het hebben?
Een opmerkelijk donker instrumentaal intermezzo met uitsluitend keyboards en percussie is “Ignition”. Daar verwachtte ik een song met soortgelijke sfeer achteraan, maar in plaats daarvan volgt “Give It Love”, een popnummer dat eerlijk gezegd weinig om het lijf heeft. Dat is het moment dat het album inzakt, want het navolgende “B There With U” is een wat voorspelbare ballad met teveel nadruk op de elektronische bliepjes – en ze zijn nog lelijk ook. Daarna trekt het weer een beetje bij met de rockreggae “Save The World” en bijvoorbeeld “Eye Of The Storm”, maar toch herstelt het niet helemaal meer omdat er de ene na de andere (semi-)ballad voorbij komt. Het tempo gaat eruit, letterlijk en figuurlijk in dit geval.
In eerste instantie vond ik het album gigantisch tegenvallen. Gaandeweg is dat oordeel bij een aantal tracks wel milder geworden, maar in de productie hadden de keyboards wel wat vaker ruimte mogen maken voor lekkere uithalen op de gitaar. Daarnaast staan er echt teveel ballads op dit album. Nu heb je een uur muziek die niet in balans is, in plaats van een hechte eenheid van drie kwartier. De echte Dan Reed Network-liefhebber hoort genoeg voor deze band zo typische passages (vocaal én instrumentaal), maar ik kan me niet voorstellen dat ze hier nu drommen nieuwe fans mee maken.
Ik stel voor dat Frontiers nu eerst het destijds alleen in eigen beheer uitgebrachte album Live At Last uitbrengt. Per slot van rekening zijn ze daar op hun best, op het podium.
Dan Reed Network website