Met alweer hun vijftiende studioalbum Allemansplein in hun zak weten de mannen van De Dijk nog steeds volle zalen te trekken. Wie had ooit gedacht dat de popgroep uit Amsterdam het zo lang zou volhouden? Terwijl een aantal tijdgenoten ondertussen de instrumenten aan de wilgen hebben gehangen zijn de mannen maar niet te stoppen. Door de jaren heen zou je kunnen stellen dat ze elk podium en festival al eens bezocht hebben, maar een bezoek aan Doornroosje staat niet vers in het geheugen. Hebben ze überhaupt wel eens in Doornroosje gestaan?
Shaemless, de winnaars van de bandwedstrijd van de Roos van Nijmegen mogen de avond openen vandaag. De jonge bluesband mag dan wel een thuiswedstrijd spelen, maar voor een uitverkochte zaal staan moet voor de mannen toch speciaal overkomen. Men laat zich niet overrompelen en speelt een strakke set. De band claimt “punkblues” te spelen en deze term komt niet helemaal uit de verf. Welk herkennen we invloeden zoals Queens of The Stone Age, White Stripes en ook wat rock ’n roll. Een beweeglijke frontman danst met regelmaat over het podium en de rest van de band blijft een beetje roerloos achter. Helaas is de zanger wat slecht te verstaan, maar dat ze enthousiast en energiek zijn is overduidelijk. Helaas krijgt de band minder terug uit de zaal dan dat ze verdienen. Het publiek komt toch echt voor de kunsten van de Amsterdammers.
Als Shaemless zijn laatste noten heeft laten horen wordt er gigantisch snel omgebouwd. Dat kan je aan het bedrijf De Dijk wel overlaten. Een goed geïnstrueerde crew weet wat het moet doen, ook daar straalt de degelijkheid al vanaf. Na de alom bekende intromuziek betreden de mannen van De Dijk het podium en als zanger Huub van der Lubbe zich meldt trapt de band af met Laat Het Vanavond Gebeuren om er vervolgens Vroeger Laat en klassieker Niemand In De Stad tegenaan te gooien. De Dijk is al jarenlang een oerdegelijke band, waarbij er zelden een show tegenvalt. Het publiek krijgt absoluut waar men voor komt. Men wil kunnen meezingen, springen en dansen en dat kan op de klassiekers van de Amsterdammers. En inderdaad! De Dijk heeft nog nooit in Doornroosje gespeeld. Huub haalt dit feit aan door te vertellen dat ze in al die tientallen jaren dat ze bestaan inderdaad al vele malen in de Vereeniging hebben gestaan en dat dit ook voor hen de primeur is. Nu kunnen we stoppen, stoppen op het hoogtepunt… Zou dit enig sarcasme zijn of beginnen de mannen er toch genoeg van te krijgen?
Het publiek krijgt er in ieder geval niet genoeg van. Men smult van de nog altijd kwalitatief goede band. Naast oude hits zoals Als Ze Er Niet Is en Onderuit laat de band ook een flink aantal nummers van hun nieuwste album Allemansplein horen. Hierop wordt minder enthousiast gereageerd. Men komt toch echt voor de meedeiners. De Dijk schotelt het publiek al jaar en dag goede shows voor. Of dat nu vroeger in de grote sporthallen was, op diverse festivals, in de theaters of nu zoals nu vanavond in de Doornroosje, het is altijd prima verzorgd. Soms lijkt het wel of de band op een automatische piloot speelt en deels klopt dat ook wel. Shows zijn praktisch overal hetzelfde en zelfs de setlist kent weinig variatie. Een doorgewinterde fan ziet dan ook vanavond weinig nieuws. Het mag dan ook soms wel wat spannender. Speel bijvoorbeeld eens een album integraal, zoals veel bands op dit moment doen.
Een avond met De Dijk gaat in een sneltreinvaart voorbij. Als de band Als Het Golft en Zevende Hemel al heeft gespeeld laten ze het publiek wederom luid meezingen op Ik Kan Het Niet Alleen, om vervolgens de reguliere set met Wat Een Vrouw af te sluiten. Wat zijn het toch een rasmuzikanten en wat heeft Huub na al die jaren nog een geweldig stemgeluid. Ook de rustigere nummers in de twee toegiften van vanavond bewijzen ze wederom hun klasse. De ballades Hou Me Vast en De Blues Verlaat Je Nooit komen heerlijk binnen. Zo doseert de band goed in hun muzikale oeuvre. Het publiek mag met Dansen Op De Vulkaan nog eenmaal losgaan en met Mag Het Licht Uit sluit de band hun Doornroosje-debuut in stijl af!