Dag drie van een zonnig Down The Rabbit Hole begin ik wat later. Met dank aan de avond (of is het nacht) ervoor.
Whispering Sons
De Belgische postpunk band is duidelijk ingespeeld door al die jaren toeren. De Corona pauze heeft wat dat betreft geen vat op de band gehad. Na hun officiële langspeelplaat debuut Image kon het vorig jaar verschenen Several Others mij iets minder bekoren. Iets teveel van hetzelfde en de plaat miste de uitschieters die Image wel had. Een mix tussen oud en nieuw smaakt vanmiddag echter prima. De band is in topvorm en weet de aanwezigen in de tent duidelijk te overtuigen. Met een mix aan nummers en dit live gevoel klinken de nieuwe nummers ook een stuk beter. Een lijstje als Alone, Tilt, Heat (nieuwe single), White Noise, Wall en Got A Light klinkt natuurlijk altijd aangenaam.
Goldband
Gezien de opkomst wat betreft het publiek een van de headliners van de dag. De Nederlandstalige muziek doet het goed. Dat blijkt nu ook weer. Het meezing gehalte is hoog. De beats dansbaar. Gevolg is dat een groot deel van het publiek uit haar dak gaat. Dit is een Noodgeval, maar dan in positieve zin.
Girl In Red
Met de innemende en fanatiek rondspringende zangeres/ gitariste Marie Ulven Ring heeft Girl In Red een middelpunt in alle actie. De muziek klinkt live veel dynamischer dan op plaat. De band rockt en Marie laat horen een echte ‘rock chick’ te zijn. Wel wat belemmert in haar acties door het gebrek aan een echte broeksriem. Ze moet de broek regelmatig flink optrekken. Ze heeft de nodige humor in haar presentaties en dat zorgt ervoor dat alle aanwezigen bij de les blijven. De band zit er lekker strak in. Daarom mondt het uit in een energieke set. Lekker rocken, dansen en meezingen op nummers als We Fell In Love In October, I Wanna Be Your Girlfriend en Bad Idea! Gewoon in alles een leuk en aangenaam optreden.
Phoebe Bridgers
De Amerikanen komen op onder de tonen van Disturbed. Wanneer de band opkomt gekleed in skelet kleding is het de vraag of we bij de verkeerde band staan. Wanneer Phoebe Bridgers echter begint dan is het de rustige folk geïnspireerde poprock die we allemaal verwachten. De dromerige popnummers doen het in het zonlicht op het grote podium niet zo goed als in een intieme zaal of in een nabijgelegen tent (waar de band achteraf misschien beter geprogrammeerd had kunnen staan). Wel scoort Phoebe hoge ogen als het gaat om haar vrolijke enthousiasme. Ze huppelt voor het publiek langs. Ze gaat van het podium om bezoekers een plectrum te geven. Daartussendoor laat de band horen uitstekend op elkaar ingespeeld te zijn. Het zit allemaal goed en uitgekiend in elkaar. De echte afwisseling ontbreekt, maar de emotie is aanwezig. Zeker als de band ook verwijst naar de situatie in hun thuisland en een oproep doet om een fonds naar keuze te steunen.
St Vincent
Het is zwoel, het is soul, het swingt en het heeft body. Geholpen door drie beweeglijke achtergrondzangeressen laat St Vincent zien hoe je een show neerzet. Niets ten nadele van de band (keyboard, gitaar, bas en drums), maar de vier dames stelen de show. De mix van dance, pop en soul doet het goed. De eigenzinnigheid van de band zorgt vandaag voor een mooie verrassing. Gelukkig staan ze in de Teddy Widder tent waardoor de show uitstekend tot haar recht komt. Regelmatig hoor ik iets wat me doet herinneren aan een andere band en nummer. Ongrijpbaar en bewust zo gebracht. We swingen zonder al teveel na te denken lekker door op nummers als Los Angeles, Sugarboy en (het door Prince beïnvloede) Masseduction. Het mooie New York zorgt voor een passend rustpuntje.
Amyl And The Sniffers
Punk leeft! De derde punkband van dit festival en weer staat de tent vol. Het energieke optreden zorgt voor een grote pit voor het podium. De terugkeer van crowdsurfen is bij deze definitief. Het publiek gaat los op de puntige punknummers, de schreeuwende frêle zangeres en de (metal) gitaarriffs. Het maakt niet uit dat de nummers allemaal op elkaar lijken. Dat is juist de kracht van Amyl And The Sniffers. Het zorgt ervoor dat het publiek voor het podium steeds meer uit hun bol gaat. Simpel, doeltreffend en rechtdoorzee. Zoals het hoort. Met uitzondering van de gitaarsolo’s, want die zitten regelmatig wat moeilijker in elkaar. Het dwingende bas en furieuze drumwerk zorgt ervoor dat de bezoekers verder opgezweept worden. De korte krachtige puntige nummers als Guided By Angels, Got You en Security zorgen ervoor dat het publiek tot een stomend hoogtepunt wordt geleid. Punk zoals het bedoeld is.
The War On Drugs
De Amerikaanse stadionrock van The War On Drugs lijkt een vreemde afsluiter. Toch staat er best veel publiek. Zeker als je jezelf beseft dat dit op de afsluitende zondagavond is. Er komt tijdens de show steeds meer volk bij. Het meeste respons krijgt Red Eyes. Uit alle hoeken en gaten komen er dansers bij. Dat nummer heeft schijnbaar een grotere status dan ik vooraf dacht. De rocknummers zitten uitstekend in elkaar. Het duidelijke middelpunt is gitarist/ zanger Adam Granduciel. Terecht, want zijn aangename rockstem en zijn fijne gitaarspel verdienen alle aandacht. Feit blijft dat hij alleen in de schijnwerpers kan staan wanneer de rest van de band adequaat zijn taak volbrengt. Dit doet de band gedegen en vol overgave. Lekker meedeinen op I Don’t Live Here Anymore of Under The Pressure. Een fijne rustgevende afsluiter waarna iedereen heerlijk kan gaan slapen. Na drie intensieve, interessante en feestende Down The Rabbit Hole dagen zal dat slapen wel geen probleem zijn.