Home » Dukes Of The Orient: Hertogen uit Azië als de cultuurbewakers van progressieve rock

Dukes Of The Orient: Hertogen uit Azië als de cultuurbewakers van progressieve rock

door hansravensbergen@rockportaal.nl
281 views 12 minuten leestijd

Nadat John Wetton in 2006 voor een reünie met de originele bezetting in zee ging met zijn oude maatjes betekende dat het congé van onder andere John Payne. Als zeer schrale troost mocht deze verder gaan onder de bandnaam Asia Featuring John Payne. Op het moment van deze split bestond de band naast John Payne uit Guthrie Govan op gitaar en Jay Schellen op drums. Toetsenist Ryo Okymoto (Spock’s Beard) completeerde de bezetting. Maar niet voor lang. Nadat zijn landgenoot Erik Norlander (Rocket Scientists, Last In Line, Lana Lane) eind 2007 Okumoto verving en later Bruce Bouillet in de plaats kwam voor Guthrie Govan, toerde de groep regelmatig door Amerika. Ze componeerden diverse nummers en brachten in 2009 de EP Military Man uit. Tot een volwaardig album kwam het ondanks diverse aankondigingen echter niet. Feitelijk kwam de band nooit écht van de grond. Dat juist het overlijden van John Wetton het benodigde laatste zetje gaf aan de muzikale aspiraties van Payne en Norlander was misschien wel even pijnlijk als verrassend. Onder meer uit respect voor John Wetton besloten de heren immers niet langer verder te gaan als Asia Featuring John Payne. Het betekende tegelijk de geboorte van Dukes Of The Orient. Ik belde met ‘hertog’ Erik Norlander om hem een aantal vragen te stellen over Dukes Of The Orient en het eerste album onder gelijke naam.
Op welk moment besloten jullie Asia Featuring John Payne te veranderen in Dukes Of The Orient?
Die beslissing namen we begin 2017. Wellicht weet je dat Asia Featuring John Payne al in 2013 ophield te bestaan. Op dat moment was John bezig met de musical Raiding The Rock Vault in Las Vegas. Dat was een groot succes voor hem waardoor hij geen tijd meer had voor de band. Begin 2017 nam John contact met mij op en spraken we af om weer verder te gaan. Onderdeel van deze afspraak was dat we de naam Asia Featuring John Payne zouden veranderen, omdat de naam ‘Asia’ alleen maar voor verwarring zou zorgen. Mede door de vele veranderingen in de bezetting van zowel de originele Asia, met nog maar twee originele bandleden, als die van John Payne. En natuurlijk vanwege het overlijden van de geliefde John Wetton, een van de oprichters van Asia.
Die verwarring werd alleen maar groter toen de originele Asia na 2007 nieuwe albums uitbracht terwijl wij bleven optreden en – behoudens de EP Military Man – geen albums uitbrachten. Dat voelde alles bij elkaar niet goed meer. Daarom besloten wij de naam van de band te veranderen. Ons platenlabel Frontiers Records was het helemaal met onze beslissing eens.
Asia Featuring John Payne is of was eigenlijk van John Payne. Hoe zit dat met Dukes Of The Orient? Zijn jullie een tweemans band met gastmuzikanten?
Ja, dat is juist. Dukes Of The Orient zijn John en ik. Daarbij maken we gebruik van gastmuzikanten, waaronder vier uitstekende gitaristen. Dat zijn Guthrie Govan, Jeff Kollman, Bruce Bouillet en Moni Scaria. We hebben ze allemaal uitgenodigd om ook live mee te spelen. Moni Scaria is wellicht de minst bekende naam. Hij komt oorspronkelijk uit India (dus ook een connectie met de Orient, HR) maar is in Amerika opgegroeid en ook Amerikaan. Het is een vriend van John waarmee we in 2008 gingen samenwerken. Dat kwam omdat Guthrie Govan toen in Engeland woonde en de grote afstand een praktisch bezwaar was voor onze optredens in die tijd. Moni Scaria verving hem in een aantal van onze optredens in 2008 en 2009. Hetzelfde gebeurde toen Bruce Bouillet de band verliet. Toen deden wij weer een beroep op Moni. Ondertussen had John ook contact met Jeff Kollman, een andere uitstekende gitarist. Hij speelde nog mee op mijn laatste solo album (Surreal uit 2016, HR). Met deze twee gitaristen speelden wij de laatste jaren van Asia. Ze vulden elkaar goed aan en pasten prima in de band.
Overigens is deze opzet dezelfde als die van de laatste tien jaar van Asia. Daarin waren John en Geoff Downes de vaste bandleden en de rest gastmuzikanten. Dus op deze manier is Dukes Of The Orient ook representatief voor Asia.
Wie heeft deze naam bedacht en waarom is deze gekozen?
Feitelijk was ik dat. John en ik hadden een e-mail conversatie waarin we een heleboel namen met elkaar uitwisselden. We dachten ook aan een titel van een Asia-nummer. Maar dan zou het weer teveel op een tribute band lijken. En dat wilden we niet. Toen stelde ik Dukes Of The Orient voor. Want daarmee is er ook een connectie met Asia. Maar het is tegelijk aan goede naam voor een rock band. Het idee van de ‘dukes’ is dat John en ik de ‘royalty’ of de prinsen uit Azië zijn.
In een van de recent door Frontiers Records gepubliceerde interviews op YouTube vertellen jij en John Payne over jullie eerste ontmoeting in 1997. Zijn jullie elkaar tussentijds uit het oog verloren of was er altijd al een samenwerking?
John en ik ontmoetten elkaar in 1997 in Duitsland tijdens een festival waar ik met Rocket Scientists was. We zaten met een heleboel bands bij elkaar in een hotel en daar zagen wij elkaar het eerst tijdens een ontbijt. We praatten wat met elkaar en dat was het. Daarna sprak ik hem tien jaar niet meer.
In 2007 ontving ik opeens een e-mail van hem waarin hij me vroeg om in zijn Asia te komen spelen. Vervolgens spraken wij met elkaar af. Tussentijds heb ik nog aan mijn goede vriend Keith Emerson gevraagd wat hij ervan vond. Die zei dat ik het moest doen, maar dat ik vooral mezelf moest blijven en niet Geoff Downes moest imiteren. Dus na onze eerste ontmoeting in 1997 duurde het tien jaar tot de volgende. En weer tien jaar later, in 2017, was daar de nieuwe band. We gaan er overigens wel vanuit dat het niet nog tien jaar duurt, hahaha.
Hoe verloopt jullie samenwerking? Jij (Erik) woont in Californië, USA en John in Londen, Engeland.
John woont sinds 2007 in Los Angeles. Dat is niet zo erg ver van mij vandaan want ik woon in het noorden van Californië. Het was dus eenvoudig om regelmatig bij elkaar te komen om ideeën uit te wisselen en nummers te schrijven.
Welke nummers van jullie album lagen al klaar voordat jullie met Dukes Of The Orient begonnen?
Dat waren er twee. De eerste was Seasons Will Change. Die hebben we in 2013 uitgebracht als single met een videoclip. De andere was Strange Days. Die schreven we al in 2007 en namen we in 2008 op. In 2017 hebben we daar nog een paar kleine dingen aan veranderd. Want we wilden dat het album echt homogeen en als 2018 zou klinken. Van dat nummer maakten we overigens de eerste video van het album.
In het cd-boekje lees ik dat jullie samen de muziek en de teksten gecomponeerd hebben. Kun je wat meer vertellen over hoe dit proces in zijn werk ging?
Grofweg kan je stellen dat ik al de muziek schreef en John de teksten en de zanglijnen. Ik zeg grofweg want er zijn natuurlijk kleine uitzonderingen. De titels Strange Days en Seasons Will Change kwamen weer van mij. Over het algemeen waren er totaal geen obstakels in deze aanpak en werkte dat goed.
The Fourth Of July lijkt mij typisch een nummer wat jij geschreven hebt. Klopt dat? En kan je vertellen of dit nummer echt over Independence Day gaat?
Dit is juist een van de nummers die John voor het grootste deel schreef. Maar ik geef toe dat het heel erg op mij lijkt, haha. Vooral vanwege de toetsen. Hij heeft dus goed naar mijn stijl geluisterd. Enkele coupletten en de stukken met piano zijn weer van mij.
Het centrale thema van het album is Amerika en het gegeven dat John naar Amerika is verhuisd. Maar ook omdat de band volledig uit Amerikanen bestaat. De werktitel van het album was ook Americana. In alle nummers kom je referenties aan Amerika en Americana tegen. Neem bijvoorbeeld Sorrow’s Crown. Dat gaat over King George V die tijdens de Amerikaanse revolutie koning van Engeland was. Maar ook de film die daarover is gemaakt. Aan het eind van dat nummer hoor je John acteren in de rol van King George V en teksten declameren over Engeland, Amerika en Americana.
Dat we het album niet Americana hebben genoemd komt door de keuze van Dukes Of The Orient als bandnaam. John en ik zijn van mening dat een eerste album van een band altijd naar de band genoemd moet worden. Daarvan zijn genoeg voorbeelden. Emerson Lake & Palmer, Yes en Asia (ik vul dat rijtje nog aan met Styx en Foreigner, HR).
Give Another Reason vind ik het meest progressieve nummer van het album. Het lijkt op een ode aan Yes en de andere groten. Ben je dat met mij eens?
Dat ben ik met je eens, al begon dat niet zo. Eigenlijk begon het als een normaal nummer met couplet en refrein. Daarna groeide het door mijn inbreng van diverse stukken. Uiteindelijk was John niet helemaal tevreden met een paar coupletten en veranderde die weer op zijn beurt. Daarop aansluitend herschreef ik enkele Moog partijen en baslijnen. Uiteindelijk groeide het uit tot een nummer zoals Steven Wilson en Porcupine Tree ze componeerden. Al met al dus een stuk moderner dan klassieke progrock uit de zeventiger jaren en inderdaad een van de meer proggy nummers. Ik vergelijk het zelf met bijvoorbeeld een epic als Starless van King Crimson. Waarin men vooraf niet van plan was een nummer van die lengte te componeren.
Is de Alesis Andromeda keyboard nog te horen op dit album?
Ja, maar natuurlijk! Zoals bijvoorbeeld op Give Another Reason. Dat begint met een intro op klassieke gitaar, dan komende drums erbij. Na mijn korte solo op de Moog hoor je een vreemd klinkende passage. Dat is de Andromeda. John vroeg nog aan me of die synthesizer soms stuk was, haha. Gelukkig repareerde de synthesizer zichzelf. Het stuk is een hommage aan Pirates van Emerson Lake & Palmer. Verder is er op Amor Vincit Omnia een passage met geluid van koper blazers. Dat is ook gedaan met de Andromeda. En verder kan je deze synthesizer verspreid over het hele album horen.
Dan iets over het artwork van Rodney Matthews. Hoe kwamen jullie bij hem terecht? En wie stellen de twee vuurspuwende leeuwen voor?
Rodney Matthews is een Engelse kunstenaar en illustrator die al heel lang actief is in de progressieve rock wereld. Hij deed het artwork van de Asia albums Aqua en Arena. Maar deed ook covers van Magnum, Uriah Heep en Nazareth. John kende hem al sinds hij het artwork van Aqua ontwierp en we wilden hem ook het artwork van Dukes Of The Orient. Een paar jaar geleden maakte hij al wat proefontwerpen en vorig jaar vroegen wij hem met definitief ontwerp te komen. Die leeuwen met de staart van een slang stellen John en ik voor. Je ziet ook dat beiden leeuwen een groot zwaard vasthouden. Op het heft van dat zwaard staan de initialen van John en mij, JP en EN. Overigens heeft Rodney Matthews ook veel covers van science fiction boeken ontworpen. Het toeval wilde dat ik in 1997 voor het eerst iets van Rodney Matthews kocht. In Londen kort nadat ik John Payne ontmoette.
Een beetje een flauwe vraag, maar duurt het weer tien jaar voor een nieuw album zoals John in het Frontiers interview aangeeft? Dan is je baard vast wel heel erg lang…
Nee, zo lang gaat dat niet duren. Of er komt snel een tweede album of er komt geen album… John en ik zijn heel hard bezig met de promotie van dit album. Zoals de video interviews van Frontiers die je op YouTube kunt zien. Verder werken we aan live optredens in het najaar van 2018 waar we ook in Nederland willen optreden. Daarnaast gaan we nieuwe nummers schrijven die we in 2019 op een tweede album willen uitbrengen. Dus eigenlijk wat een normale band ook doet.
Ik zie jullie als cultuurbewakers van de traditionele progressieve en symfonische rock. Hebben jullie daar zelf al eens over nagedacht?
Dat vind ik een groot compliment en ook een eer. Ik ben nu 50 jaar en geboren in dezelfde maand dat Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band van The Beatles werd uitgebracht. Ik was twee jaar toen In The Court Of The Crimson King van King Crimson uit kwam. En 16 jaar tijdens het eerste album van Asia. Dus ik ben er van heel jongs af aan mee opgegroeid. Daarom probeer ik de traditie van deze muziek en de grote bands en artiesten levend te houden. Dat geldt ook voor John, die in veel grote en bekende bands heeft gespeeld, zoals in Asia vanaf 1991. Daarmee kon hij ook de traditie van die band levend houden.
Hoe kijken jullie als ‘oude rotten’ aan tegen de huidige muziekindustrie waarin streamen (zoals bijvoorbeeld Spotify) en downloaden gemeengoed zijn geworden?
Dat vind ik angstaanjagend, een Apocalyps. Het is voor muzikanten vandaag de dag moeilijk om er je brood mee te verdienen. Wanneer dit album in 1977 was uitgebracht hadden wij daar miljoenen mee verdiend. Gelukkig hebben wij een mooie deal met Frontiers, maar die is geen twee miljoen kan ik je zeggen. Vandaag de dag is muziek een ding. Iets wat iedereen bij zich draagt of beschikbaar heeft. Muziek wordt niet meer beschouwd als kunst zoals dat in onze jonge jaren werd gezien. Je kocht een LP, deelde die met je vrienden en keek naar het artwork. Je hebt nu overal muziek om je heen. Op allerlei social media op internet, in sport, ga zo maar door. Het is een minder belangrijk onderdeel van onze cultuur geworden. Persoonlijk vind ik dat ook jammer, want ik ben gewoon 20 jaar te laat geboren. Wanneer ik in 1947 geboren was in plaats van 1967 had mijn carrière er heel anders uitgezien. Maar ik mag natuurlijk niet klagen, want ik woon in een mooi huis en rij in een mooie auto en heb 100 synthesizers (….). Maar ik werk daar wel heel hard voor. Maar ik voel wel mee met alle jonge muzikanten van deze tijd die beroepsmatig met muziek bezig zijn.
Wat wil je (of willen jullie) nog kwijt aan de lezers en bezoekers van Rockportaal?
John en ik zijn enorm dankbaar voor alle fans van progressieve rock muziek over de hele wereld. Zij zijn immers ontzettend loyaal. Die loyaliteit heb je niet in andere genres. Ik beschouw ons overigens ook als fans. Ondanks dat de muziekindustrie langzaam dood gaat, leeft de muziek verder dankzij al deze fans. Daar zijn John en ik erg dankbaar voor.
Erik besluit het interview in het Nederlands met de woorden “heel erg bedank!”.

Kijk ook eens naar