Bij aankomst staat er een grote rij al is het concert niet geheel uitverkocht. Emmure is geen onbekende naam in Haarlem en daarom ook veel (en jonge) gezichten die zich melden voor een feestje vanavond. De band gaat op reis en heeft vier supports meegenomen op deze The Mosh Lives Tour en al snel wordt duidelijk dat de mosh inderdaad springlevend is.
Het is eerst de beurt aan de Australische band Buried In Verona. De avond gaat van start met een symphonische introtape en een partijtje knallende deathcore met af en toe wat cleane zang ertussendoor gespikkeld. Na een paar nummers waarin de zanger absoluut niet te verstaan is, gaat het niveau een beetje hoger en raakt het publiek opgewonden. Een paar fans proberen de mosh al vroegtijdig tot leven te wekken maar dit zonder resultaat. Een beleefd applaus volgt na elk nummer en de band is duidelijk blij om hier te mogen staan. De drummer is een feest om naar te kijken, met zijn trucjes en hyperactieve en strakke drumpatronen vraag je je af hoe iemand dat niveau vol kan houden. Het lukt hem aardig.
Obey The Brave komt het podium opwandelen. De zanger van deze band zat ooit in legendes Despised Icon en dat geeft een idee van de muziek die deze heren uit hun instrumenten blazen. De moshpits komen dan eindelijk tot leven en de band spoort mensen aan op op het podium te komen en er weer vanaf te springen waarna ze pijnlijk ten val komen. Het publiek gehoorzaamt uiteraard meteen. Verder is het geluid veelal hetzelfde als wat Buried In Verona ten gehore gaf, maar dit geluid is een hit bij de meeste fans vanavond.
Na Obey The Brave is het dan tijd voor Attila. Deze band speelt ook deathcore, maar wat minder serieus en met wat meer seks, drugs, rock’n’roll spirit. De zanger komt op met een zonnebril en leren jack, wat hem een beetje Bieber-shine geeft maar veel indruk maakt het niet. De eerste helft van hun optreden is bizar slecht gemixt, het resultaat dat niks te herkennen is en de basgitaar boven alles uitkomt. De drums klinken hol en de gitaren vallen af en toe compleet buiten de wieg. De laatste aantal nummers komen beter uit de voeten, maar op dat punt is het al te laat. De band doet zijn best en de hele zaal springt op en neer als het bevolen wordt, maar verder is dit optreden een gemiste kans.
De muziek van Chelsea Grin is langzamer en minder harmonieus dan de rest van de bands hier vanavond, maar dat vindt niemand erg. De zanger heeft een groot bereik en zijn hoge screams zorgen ervoor dat de verf van de wanden vliegt. De drummer heeft een ongelooflijke conditie en gebruikt dit om cleane refreinen te zingen terwijl hij tegelijkertijd ingewikkelde drumpatronen tot op de micro-seconde afwikkelt. De band heeft verder twee belachelijk getalenteerde gitaarvirtuosos en de solos die ze tevoorschijn toveren komen bijna uit een andere dimensie. De bassist staat het grootste deel van het optreden achter de coulissen, wat een beetje raar zicht geeft. Of hij door een mankement op zijn plek wordt gehouden is niet duidelijk maar het neemt iets weg van de dynamiek van de show. De eerder genoemde gitaristen hebben het veel te druk om te kijken wat ze doen dat ze verder niet veel bewegen dan af en toe een hoofd heen en weer zwaaien. Verder heeft de zanger af en toe de neiging om zeikerige, emotionele schreeuwen uit te kraaien, wat afdoet van zijn geweldige gruntvaardigheden. Er bestaat ook zoiets als teveel talent en vanavond blijkt dat waar. De muziek wordt zo op een emotieloze manier overgebracht, waardoor het publiek grotendeels stil blijft staan. Een wall of death is er nog wel uit te persen maar verder is het kijken en wijzen.
Emmure besluit dan iedereen te laten zien hoe het écht moet. Ze komen donderend aanzetten en spelen meteen drie knallers achter elkaar; Area 64-66, Solar Flare Homicide en nieuwe stamper Protoman volgen elkaar in rap tempo op. Hierdoor begint het publiek nog net niet te kwijlen en de mosh wordt een oorlogszone. Uw schrijver heeft minstens zes personen met bloedneuzen gezien en anderen die weggedragen moesten worden omdat de pit zo heftig tekeerging. Frontman Frankie Palmeri is een boze jongeman en kijkt hier af en toe bezeten het publiek in. Zijn aggressiviteit is echter niet dreigend en af en toe kan er een lachje vanaf. Logisch, want zijn band zorgt hier voor totale chaos. Children Of Cybertron en R2DEEPTHROAT worden op het publiek afgevuurd, evenals Demons With Ryu en Dogs Get Put Down. Het wordt duidelijk precies hoeveel krachtpatsers deze band in zijn bezit heeft; nummer na nummer is een harde knaller en het bloed kookt hier inmiddels. Nadat het bloed een beetje is afgekoeld, is het dan toch tijd voor het einde. Emmure belooft snel terug te keren en daarmee is het gedaan. De mosh leeft en hij komt voor jou.