Fit For An Autopsy – The Nothing That Is

Eindelijk is die er dan, The Nothing That Is. Het is het zevende album van het uit New Jersey afkomstige Fit For An Autopsy. Dit is het album waar ik dit jaar verreweg het meest naar uitgekeken heb. Ik voel een mix van enthousiasme en terughoudendheid die ik in tijden niet gevoeld heb. Zal deze plaat de torenhoge verwachtingen kunnen inlossen die de band zelf gecreëerd heeft? Immers, het vorige wapenfeit Oh What The Future Holds was zo krankzinnig goed dat alles er na toch alleen maar tegen kan vallen? Hoe kun je zo’n plaat in vredesnaam opvolgen? Vol spanning druk ik op play. Daar gaan we dan. 

De plaat begint met Hostage, wat tevens de eerste single was. Een zware sfeervolle riff zet direct de toon. De band klinkt direct donkerder en agressiever dan op de vorige twee platen. Het licht progressieve tintje die de band leek te vinden op The Sea of Tragic Beasts is weer duidelijk aanwezig. De productie is om door een ringetje te halen. Snoeihard maar helder, mechanisch strak maar toch sfeervol, modern maar tijdloos. Het cleane refrein gaat door merg en been. Hoewel zanger Joe Badolato op eerder werk ook al eens zijn zuivere kant liet zien, stelt hij het hier op een ander niveau tentoon. Een ijzersterke opener. 

De plaat gaat verder met Spoils of the Horde. Vanaf het moment dat de groovy couplet riffs er inklappen beweegt m’n hoofd als vanzelf mee op het ritme. Dit is precies wat je wilt horen van de band. De groove is zo aanstekelijk en het niveau van songwriting is echt astronomisch hoog. We horen hier een band op zegetocht. Zoals de band eerder liet horen zijn ze hun eigen genre allang ontstegen. Dit is geen platte lompe deathcore waar de purist met een boog omheen hoeft te lopen. Nee, dit is kwaliteitsmetaal waar de liefhebber van extremiteiten volledig ingezogen wordt. 

Savior of None / Ashes of All, de tweede single van het album, zet de ingeslagen weg verder door. De eerste riff is pure Gothenborg verering. At the Gates zou trots zijn op de riffs die hier tentoongesteld worden. Ook hier valt op hoe ‘pissed off’ en gefocust de band klinkt. Elke vorm van terughoudendheid en objectiviteit is allang het raam uit; ik ben simpelweg aan het genieten. De tribale drums in het intro van Weaker Wolves zijn een opmaat voor een heerlijk agressieve track die het live vast en zeker goed gaat doen. 

Vervolgens is daar een rustmoment. Het intro van Red Horizons is een kort sereen moment voor een groovy, loodzware riff die rust komt verstoren. Wat volgt zorgt ervoor dat mijn mond vijf minuten later open hangt. Zelden heb ik zo’n sterke track gehoord. De grooves, de melancholische melodielijnen en de hondsbrutale screams, alles valt op zijn plek. Fit For An Autopsy heeft duidelijk een appeltje te schillen met iets of iemand. De tekst, die lijkt te gaan over het onrecht in Gaza, zorgt voor oprechte kippenvel. Als Joe vervolgens “The bodies burned so bright, then god closed his eyes” zingt, voel ik de emotie tot in mijn tenen. 

Als hiermee de plaat tot zijn einde was gekomen, was ik oprecht al dolgelukkig geweest. Echter, de band heeft nog een hele masterclass klaar staan. Het titelnummer is een showcase van triple A riffs en heerlijke grooves. De progressieve inslag draagt bij aan de duistere, wanhopige sfeer die de band zo goed neer weet te zetten. Ik kan uren doorgaan over deze plaat. De prachtige akoestische klanken van Lurch en het onnodig smakelijke sloopwerk wat volgt, de brutaliteit van derde single Lower Purpose met de extreem aanstekelijke zin “I am the product of my fucking environment” of de ijzersterk geschreven en op momenten zeer ‘techy’ Lust for the Severed Head; dit is een plaat die geen seconde verveelt of tegenvalt. Elke solo, riff, drumfill of zanglijn is gewoon precies wat het zijn moet. 

Met The Silver Sun sluit de band opnieuw op een hoogtepunt af. De akoestische klanken, de in vervoering brengende solo in het intro en een prachtige zanglijn zijn de opbouw tot een van de meest emotionele nummers uit het oeuvre van de band. Een prachtige climax: “the coffin nail is hammered down, it all went silent”. 

The Nothing That Is is niets minder dan een meesterwerk. De donkerheid en agressie geven de plaat een eigen kleur ten opzichte van het vorige werk, maar toch past het naadloos bij The Sea of Tragic Beasts en Oh What the Future Holds. Vanaf de eerste minuut bleek mijn angst voor teleurstelling volledig ongegrond. Ondanks dat bands als Whitechapel of Thy Art is Murder nog altijd boven Fit For An Autopsy op de concert posters prijken, durf ik gerust te zeggen dat er binnen het genre geen band consistenter is dan deze heren. Het feit dat de band twee nagenoeg perfecte albums weet op te volgen met opnieuw een voltreffer mag een ongekende prestatie genoemd worden. The Nothing That Is bewijst het andermaal: Fit For An Autopsy is heer en meester. 

Related posts

Bonjour Tristesse – The World Without Us

Darkvolt – The Time Device

Haevn – Wide Awake