Wederom was Greg Kurstin, die de Foos op het vorige album Concrete And Gold uit hun comfortzone liet treden, aangesteld als producer. De eerste track die werd vrijgegeven, Shame Shame, had een lekker slepend ritme dat een voorbode leek van meer Foo Fighters-noviteiten. De twee tracks daarna, No Son Of Mine en Waiting On A War vielen me dan weer allesbehalve mee.
Helaas komt dat laatste vaker voor op Medicine At Midnight. Veel is Foo Fighters op de automatische piloot: een lekker maar niet te moeilijk riffje, een paar minuten doorbeuken en klaar. Op Concrete And Gold zaten die er ook tussen, maar die werden afgewisseld met tracks waarin de Foos iets anders lieten horen. Met “T-shirt” en het titelnummer als meest geslaagde, maar zeker niet enige voorbeelden. Hier is alleen Shame Shame echt anders en met een beetje goede wil het titelnummer.
Making A Fire had, afgezien van de achtergrondzangeressen, zo op Colour And The Shape kunnen staan. Een van hun beste platen, daar niet van, maar die is al een keer gemaakt. Daar komt alleen AC/DC mee weg. Waiting On A War is de obligate ballad, met de nadruk op obligaat. “Dat kan vast niet erger”, denk je dan. Nou, wacht maar op de tweede ballad, Chasing Birds. Wat een draak van een nummer.
Over een paar jaar is kunstmatige intelligentie wel zover dat het zelfstandig muziek kan uitspugen. Dan is dit het resultaat als je een computer vraagt “maak een Foo Fighters-album”. Op die achtergrondzangeressen op songs als Making A Fire, No Son Of Mine en Medicine At Midnight en een paar strijkers na. Dit album was al een jaar klaar, volgens Dave Grohl. En in al die tijd heeft blijkbaar níemand tegen ‘m gezegd: “Zeg Dave, dat nieuwe album, dat is eigenlijk niet zo heel goed hoor.” Grohl is compositorisch geen Lennon of McCartney, dat weten we allemaal wel. Maar Medicine At Midnight is painting by numbers, meer niet. Na Concrete And Gold had ik veel meer verwacht.
Foo Fighters website