De singer-songwriter uit Bermuda speelt regelmatig covers bij haar concerten. Op een coversalbum verwacht je dan vooral covers van Neil Young, Joni Mitchell en andere verwante artiesten, maar is niet het geval. Neil Young’s Like A Hurricane, John Lennon’s Jealous Guy en Michael Kiwanuka’s Cold Little Heart zijn redelijk voor de hand liggend, maar Journey’s Don’t Stop Believing, Rick Astley’s Never Gonna Give You Up, The Pixies’ Here Comes Your Man, The National’s Fireproof en The Buzzcock’s Ever Fallen In Love zijn dat niet.
Het is een redelijk bonte verzameling tracks en dat is te prijzen. Alle tracks krijgen een Heather Nova-makeover, al is dat bij sommige tracks veel opvallender dan bij andere. Zo’n Nova-makeover houdt in dat de instrumentatie heel spaarzaam is, met ook grotendeels akoestische instrumenten. Maar vooral heel spaarzaam. Verschillende tracks hebben maar één of twee instrumenten en percussie is maar op twee tracks te vinden – van drums is al helemaal geen sprake. De afsluiter, Rod Stewart’s Sailing is zelfs volledig a capella.
Dat maakt wel dat je op enig moment een beetje uitbundigheid mist, zeker wanneer een cover als The Bee Gees’ Stayin’ Alive ook al duidelijk langzamer en minder uitbundig is dan het origineel. Verderop staan wel tracks met iets meer tempo en wat uitgebreidere arrangementen (de Pixies- en Buzzcocks-covers, bijvoorbeeld) en een andere volgorde van de tracks was volgens mij beter geweest. Hier krijg je halverwege toch een beetje het gevoel dat je steeds naar hetzelfde kunstje zit te luisteren en dat doet de versies meestal geen recht.
Neem de versie van Never Gonna Give You Up, een van de betere covers op dit album. Dansbaar is het niet meer en de gitaarpartij is op momenten bijna bluesy en daarmee heeft ze het eigenlijk bijna een andere song gemaakt. Fragile vind ik in Sting’s origineel een draak van een tearjerker en bevalt me hier een stuk beter. Tegenvallers zijn er ook. De instrumentatie van Foreigner’s Waiting For A Girl Like You met alleen piano is interessant, maar in het refrein zingt ze zó enorm hoog dat alle diepte uit haar stem verdwijnt en ze meer als een soort zuchtmeisje klinkt. Journey’s Don’t Stop Believing redt het niet om drie en een halve minuut interessant te blijven als het ontdaan is van de bombast.
Genieten van begin tot eind is me dus niet helemaal gelukt, maar er staan genoeg geslaagde tracks op om dit album te blijven draaien. Hoe dan ook is het weer zeer herkenbaar als een Heather Nova-album, ook zonder composities van eigen hand.
Heather Nova website