In 2021 wist Heleven me te overtuigen met het album Into The Oceans waarin ze een mooi evenwicht wisten neer te zetten tussen diverse genres. Ik was dus zeer benieuwd naar de opvolger New Horizons part 1 dat op 3 februari uitkomt via Art Gates Records. Zelf zeggen ze dat het album een stuk harder is. Daar kan ik me niet helemaal in vinden, maar dat was voor mij ook helemaal niet nodig.
Heleven weet namelijk precies hoe ze je moeten raken met hun trefzekere metal dat in Stronger meteen strak is neergezet. Het heeft een machtige basis waarin raggende gitaren de als mokerslagen klinkende drumpartij naar grote hoogte stuwt. De zang van Higinio Ruiz klinkt dan zachter wat een mooi contrast biedt. Het refrein is sterk neergezet en spreekt enorm aan en is tevens de opmaat voor een krachtig vervolg. In zes minuten worden alle aspecten van intensiteit verkend en is het de afwisseling die overtuigt. Wanneer aan het eind alleen de zang overblijft is het een mooie afsluiter. Maar met Toro krijgt drummer Matias Famá het lichtelijk op de heupen en zet een drumpartij neer. Alvar Castilla en Higinio kunnen alleen maar volgen. In die hevige hectiek klinkt de lijzige zang lekker tegendraads. Qua kracht en zanglijn is Toro dan ook een combinatie van de oude grunge met een forse dosis Gojira. Het is allemaal vrij indrukwekkend. Die combi vinden we ook terug in Last Call To Nowhere
Dat Heleven zich niet laat binden door enig genre blijkt wel uit het nu-metalkarakter in The Unknown. Het vette geluid houden ze aan hoewel het tempo wat terugvalt in een slepend tempo. Halverwege krijgt het geheel een mooie wending en neemt de repeterende riff je mee in een trip waarin de gitaarmelodie leidend is.
Over The Clouds kan gezien worden als een instrumentaal opstapje naar New Horizons waarin de geest van Gojira wederom aanwezig is. Hier is de compositie netjes opgebouwd volgens couplet en refrein. Maar Heleven blijkt een meester in diversiteit en het tussenstuk is krachtig en intens. Ergens heeft het sterke overeenkomsten met de opener Stronger, maar toch is New Horizons net even krachtiger. In al dat metalgeweld schuift Heleven op z’n gemak even een rustmoment in dat je enerzijds op adem doet komen maar aan de andere kant ook om wat spanning op te bouwen en uit te lopen naar een vet riffgeluid. En riffen kunnen ze bij Heleven. Ook in The Sniper zet de riff de toon en vraagt vooral het gitaarwerk aandacht in een licht progressief stuk muziek.
De zijsprongen die Heleven maakt worden waarheid in When The Earth Leaves The Sun en Dead Trees. Ineens krijgen elektronische elementen een belangrijke rol in het geluid. Het is minder krachtig en de melodie is belangrijker dan kracht. Het is daarbij mooi om te zien dat Heleven van veel markten thuis is en vanuit diverse genres het beste weet te halen en daarbij een divers publiek zou kunnen aanspreken.
The End sluit het album af, maar zou ook een begin kunnen zijn van part 2. Dat weet ik (nog) niet. Het lijkt wat op Alice In Chains ten tijde van het album SAP en biedt de luisteraar even twee minuten bezinning om daarna het album weer van vooraf aan te gaan beluisteren.