Ooit was het patroon van elke een of twee jaar een album en daartussenin toeren is voor veel bands gewoon. Grote bands brengen nu eens in de vier, vijf of zes jaar een album uit, bij kleinere bands brengen de leden meer albums uit met hun nevenprojecten dan met hun vaste bandje. Zo niet Idlewar.
In drie jaar hebben deze Amerikanen in eigen beheer drie albums uitgebracht, gesteund via Pledgemusic-campagnes. James Blake (bas en zang), Rick Graham (gitaar) en Peter Pagonis (drums) zetten een smakelijke portie heavy bluesrock neer die door het stemgeluid van Blake onmiddellijk herkenbaar is. Ook zijn zanglijnen, met heel veel aflopende uithalen, zijn opmerkelijk. Daarbij haalt hij iedere keer weer vrij makkelijk hoge noten, wat doet vermoeden dat hij stiekem een veel betere zanger is dan je misschien denkt. Een acquired taste, dat zeker, maar dat zijn de leukste als je het mij vraagt.
Maar ook de bijdragen van Graham en Pagonis (ook producer van het album) zijn opmerkelijk te noemen. Het gitaargeluid is meestal voorzien van een flinke bak distortion. Dat is niet zo ongebruikelijk in de rock, maar wel hoe die distortion in langzamere passages wordt ingezet, zoals bij de moddervette ballad Drama. In Enough hoor je heel goed wat zo goed werkt bij Idlewar: de gitaar is in de eerste plaats een ritme-instrument, net zoals de bas en de drums. Het zorgt voor ijzersterke repetitieve muzikale patronen waar naast de lekkere gitaarsolo’s vooral de zang van Blake die patronen tot echte songs maakt.
Bij mijn vorige recensie noemde ik al Soundgarden, Queens Of The Stone Age, Clutch en King’s X. Die associaties zijn nog steeds van toepassing, maar op dit album moest ik bij passages steeds weer denken aan het eerste album van King’s X, Out Of The Silent Planet. Op dat album was de King’s X-sound nog een stuk hoekiger dan op latere albums. Voor King’s X is dat een mooie ontwikkeling geweest, maar dat hoekige had juist ook weer iets en dat is wat ik terughoor bij Idlewar. De groove is het uitgangspunt, de opmerkelijke keuzes in de aankleding van de sound doen de rest.
Na Impulse en Rite is dit daarmee het derde album waarop Idlewar grooves en moddervette bluesrock weet te voorzien van een intrigerende en herkenbare ingrediënten die decennia aan rock combineren zonder in formules te vervallen. Juist in Europa – waar de doorsnee muziekliefhebber wat minder eenkennig is – zou Idlewar met deze moderne kijk op klassieke genres een stevige schare fans moeten kunnen opbouwen.
In november komen ze naar Engeland voor een clubtour. Laten we hopen dat ze daar een of meer data in Nederland en België aan vast kunnen plakken.
Idlewar website
Idlewar – Fractured
418
vorig bericht