Voordat we hier achter komen staan er twee voorprogramma’s te popelen om de zaal te gaan vermaken. Allereerst is het aan Fexet om het spits af te bijten. Deze jonge honden uit Den Haag tonen geen zenuwen en gaan meteen vol aan de bak. De zaal van 013 begint op dat moment langzaam vol te lopen. De band laat zich hierdoor niet uit het veld slaan en zet een prima set neer. De hedendaagse punkrock is zo te horen wel wat aan het veranderen. Zo horen we verschillende invloeden. Het tempo ligt wat lager en doet soms wat denken aan Gaslight Anthem. Ook zit er wat gelijkenissen met Rise Against tussen. De heren hebben in ieder geval goed naar muziek geluisterd en voelen zich thuis op het podium. Slechts gewapend met een demo en een EP hebben ze toch voldoende materiaal om een lekkere set te spelen. Wat een enthousiasme en wat een kwaliteit bij deze jonge mannen. Punk’s Not Dead!
Dat de punkscene nog leeft laat ook Antillectual weten. Ze worden al eens bestempeld als een van de hardwerkende bands die ons land rijk is. Honderden shows spelen is ze niet vreemd en ze hebben al heel wat shows in het buitenland op hun lijstje staan. Vanavond trakteren ze het publiek op hun laatste bezigheden. De band heeft een nieuw album wat eind deze maand uitkomt en gebruikt deze avond om hier alvast iets van te laten horen. Antillectual speelt punk met een behoorlijke politieke boodschap. Hier zit het publiek niet helemaal op te wachten. Het draait dan ook veel om de teksten van de zanger. Het wil dan ook niet geheel overdonderen vanavond en dat terwijl de band hun stinkende best doet. We hoeven niets te horen over de crisis of over Geert Wilders. We willen een vrolijke avond vol met punkrock.
En die krijgen we! NOFX betreedt het podium en besluit meteen te doen waar velen al bang voor waren. Een beetje rondhangen en dingen vertellen. Gelukkig wordt na anderhalve minuut maar besloten onder luid gejuich om te gaan beginnen. Vanaf het moment dat de Amerikanen “Backstage Passport Theme” inzet verandert de zaal in een grote beukende en springende massa. Dit zal voor de rest van de avond nagenoeg zo blijven. Continu gooit NOFX wat olie op het vuur en bewijst waarom deze mannen het al zo lang kunnen uithouden. Grappen en grollen wisselen elkaar in rap tempo af en dat doen de nummers dus ook. In de loop der jaren heeft de band al heel wat albums afgeleverd en er wordt dan ook rijkelijk gevarieerd op de setlist. Slechts de onderonsjes met het publiek geven de bezoekers wat rust om naar adem te happen. Er worden veel nummers gespeeld en het tempo ligt hoog. Gelukkig kan NOFX meerdere stijlen aan en iedereen weet dat als “El Hefe” mag gaan zingen er een vrolijk skanummer volgt. “Eat The Meek” is bijvoorbeeld zo’n nummer. “El Hefe” is overigens niet de enige die we horen zingen. Naast zanger Fat Mike is de zaal gevuld met veel meezingende bezoekers. Het lijkt bijna één grote singalong vanavond. Er zijn veel fans aanwezig vanavond, zowel gehuld in een heel recent gekocht shirt van de band, danwel een hele oude. Zeg maar gerust heel oude. NOFX kent dan ook veel jonge fans, maar ook fans uit de jaren ’90. Fans Jeroen en Klaas bijvoorbeeld, die later vertelden er in 1996 ook al bij te zijn geweest in Paradiso. Iedereen is dan ook blij dat mannen weer in de 013 staan.
NOFX maakt je dan ook blij. Hun grappen toveren een glimlach op je gezicht en de opgewekte nummers doen de rest. Er komt van alles voorbij. Of dat nu om “Linoleum” gaat, om “Fuck The Kids”, de band draait hun hand er niet voor om. Evenals de covers “Radio” van Rancid en Joe Dassin’s “Champs Elysées”. Onder luid gejuich worden de nummers ontvangen in de volle zaal van 013. Binnen no-time zijn er twintig nummers doorheen en kondigt de band aan even achter een Red Bull te gaan drinken en zo terug te komen. Het publiek vindt het prima en wacht geduldig af.
Het toegift bestaat uit een kwartiertje waarin de band nog eenmaal alles geeft. Hoewel zanger Fat Mike misschien wel een dagje ouder wordt kun je dat voor gitarist Eric Melvin niet zeggen. Wat een energie heeft deze persoonlijk, die zijn dreadlocks nogal eens de lucht in laat gaan bij zijn hoge sprongen. Het gehele optreden is de man druk in de weer. Dit geldt ook voor drummer Erik Sandin. Maar wacht? Zien we nu drummer Olivier Lucas van Fexet achter de drums plaatsnemen? Jazeker! Hij mag een nummertje drummen en “60%” gaat hem prima af. Met een grote glimlach zit hij achter de drumkit. Vervolgens mag de band uit de Verenigde Staten nog een paar nummers spelen en sluiten ze af met hun grote hit “Kill All The White Men”. Daarna heeft de band geen haast om weg te komen en fans krijgen de kans om hun helden nog de hand te schudden. Eenieder heeft dan ook kunnen genieten van een mooie memorabele avond. Graag tot een volgende keer?