De afgelopen maanden is de muziek van Ozul al voorbij gekomen op Rockportaal. Ozul is het alter-ego van de Noorse filmmaker Paulo Chavarría en Ozul kan gezien worden als een uitlaatklep waarin hij zijn muzikale en visuele ideeën kan uitdragen. Het heeft geleid tot het complete DIY-album Provenance.
Voor mijn muzikale richting laat Ozul zich leiden door een scala aan invloeden en genres dat zich uitstrekt van progressieve rock, klassieke muziek tot psychedelische prog en metal. En gevoed wordt door de natuurlijke schoonheid van zijn thuisland Noorwegen.
In de opener Lønahorgi krijg je als luisteraar precies wat hierboven vermeld staat. Het neigt naar retroprog waarbij ik moet denken aan de muziek van Starset of Lonely Robot. Halverwege krijgt het een complete wending wanneer elektronica de overhand neemt met op de achtergrond een klassieke twist. Industriële melancholische classic technorock lijkt me een aardige benaming hiervoor. De compositie verder kan als oppervlakkig beschouwd worden door de wat rustige zang van Ozul, maar voor mij creëert het juist een spanningsbubbel waarin je opgeslokt wordt met wat uitspattingen naar het einde toe. Van de ene bubbel in de andere stappend kom je vanzelf in de akoestische sprookjeswereld van Wound waarin het heldere stemgeluid van Ozul het gitaarspel aanvult. Gitaarspel dat als een lichte nevel in kleine gitaardruppels op je neerdaalt. Met de ingetogen zang wint het langzaam aan kracht.
En eigenlijk is met de eerste twee composities de essentie van de muziek van Ozul neergezet. Soms heel innemend zoals in Will You? En Apparition dat met gevoel en heel veel passie aan je gepresenteerd wordt. In Apparition zit zelfs een klein snufje Pink Floyd verwerkt. Daarmee onthult Ozul zijn voorliefde voor bepaalde muzieksoorten. In Disgrace beweegt het zich richting het geluid van Soen en zit er een vleugje Dire Straits in. Het is trouwens een compositie waarin je meegevoerd wordt in de muziekwereld van Ozul. Zeker wanneer op de helft de compositie plotseling richting het minimalistische gaat op weg naar een heerlijk stuk gitaarspel om te eindigen met de basis van de composities.
Werkend vanuit diverse genres licht het progressieve genre wel sterk aan de basis van het geluid op Provenance. Winds Of Ruin is daar misschien wel het beste voorbeeld van. Zeker met het instrumentale stuk in de tweede helft waarin er mooi geëxperimenteerd wordt. En ook Spell heeft dat krachtige progressieve accent in zich. Misschien nog niet aan het melancholische begin, maar na een sample wordt er krachtig ingezet. Ook hier laat Ozul horen dat het gitaarspel goed bij hem past.
Het album wordt afgesloten met de twee rustige composities Ominous Past en Father’s Day. Mooi vormgegeven en het hese langgerekte stemgeluid past mooi in de sfeer.
Provenance draait al menigmaal rondjes in mijn old-school cd-speler en zelfs die wordt het nog niet zat. Progressieve rock met passie én met ballen. Het geluid is consistent, niet complex en weet je te raken. Heerlijke plaat.