Op de dag dat Metropool aankondigt een nieuwe zaal voor vijfduizend bezoekers te willen openen in Hengelo, voelt de huidige grootste zaal van de stad ineens een stuk intiemer. Met een get-in om half zeven en slechts drie bands op het programma dacht ik nog: mooi, op tijd ‘op huus an’. Maar bij aankomst blijkt de New Jerusalem Tour toch wat royaler aangekleed dan verwacht. Niet drie, maar vier bands staan klaar om deze witte donderdag gitzwart te kleuren.

Het is zeven uur als de Italiaanse black metal van Infernal Angels de avond aftrapt. De zaal is nog half leeg maar dat weerhoudt de band er niet van het gaspedaal vol in te trappen. Wat volgt is een dissonante wervelwind van zwartgeblakerd metaal. Er wordt furieus op de drums geramd, waarbij zowel snelheid als strakheid hoog in het vaandel staan. Het podium geluid is overweldigend en vol, mede dankzij de bas die een prominente plaats inneemt in de mix. Dit valt extra op wanneer de viersnarenplukker even op zijn jack kabel gaat staan en de sound direct een pak blikkeriger overkomt.
Een minpunt is de zacht afgestelde zang in het begin van de set, al verbetert dit gaandeweg. Hoogtepunt is het krankzinnig agressieve Pestilentia, waarbij het gezegde “Black Metal ist Krieg” volledig tot leven komt. Infernal Angels levert in een half uur een overtuigende en compromisloze set af. Een band om in de gaten te houden. Na deze totale oorlog volgt een korte adempauze.
Vervolgens is het de beurt aan het Poolse Nidhogg. De band blijkt een soloproject van zanger Nidhogg te zijn en dat is te merken. De frontman zit bomvol energie en danst, springt en acteert alsof het een ware lust is. Hij is sowieso een opvallende verschijning met zijn rode dreadlocks, strakke legging en theatrale attributen. Zo komt hij met een doornenkroon het podium op en drinkt hij een rode substantie die hij provocerend over zijn kin naar beneden laat lopen. De rest van de band lijkt prima te gedijen in zijn schaduw en doet enigszins gereserveerd hun ding.
Toch kan het spektakel niet volledig verhullen dat de band qua muziek zelf nog zoekende is. Nidhogg serveert een vreemd allegaartje van black, thrash, jaren ’80 heavy en doom. Op papier intrigerend maar in de praktijk mist het samenhang. De overgangen zijn heel abrupt en sommige riffs veel te simplistisch, ondanks het hoorbare vakmanschap van de muzikanten. Ook de vocale timing is erg slordig. Voorafgaand aan The Earth Will Have Its Revenge deelt Nidhogg een persoonlijk verhaal, waaruit blijkt dat het hart op de juiste plek zit. Muzikaal is er echter nog flink wat werk aan de winkel. De band zal een minder schizofrene formule moeten zien te vinden om het publiek aan te spreken.
Daarna is het tijd voor het eveneens Poolse Dogma om het podium te betreden. De vijf dames verwelkomen het publiek in occulte, weinig bedekkende nonnenkostuums. Een hele verschijning en het devies lijkt sleaze, sex en satan te zijn. Muzikaal is Dogma vanavond de vreemde eend in de bijt. De combinatie van stevige moderne metal met vleugjes thrash en theatrale power metal klinkt als een combinatie van Ghost, Alice Cooper en In This Moment. De ‘gimmick’ ligt er natuurlijk heel dik bovenop, maar eerlijk is eerlijk: het werkt.
Dit is een act die de laatste maanden flink wat aandacht gekregen heeft en met recht. Het spelplezier spat werkelijk van de bühne, wat goed te zien is aan de glimlach van oor tot oor die de bassiste het hele optreden tentoonstelt. Muzikaal zit deze zelfverklaarde ‘communion of sin’ prima in elkaar. Frontvrouw Lilith heeft een dijk van een stem en zingt beheerst maar krachtig de riskante teksten richting het gewillige publiek. Een enkele keer ontsnapt er zelfs een behoorlijk indrukwekkende schreeuw uit haar strot. Er wordt daarnaast knap gemusiceerd, wat soms een aardige valse noot in de vermakelijke duo melodieën van het gitaartandem helemaal goed maakt. De ritmesectie valt op door oer-solide drumwerk en knappe en behoorlijk technische baslijntjes.
De echte ster van de show is desondanks de setlist. De liedjes hebben stuk-voor-stuk vrij weinig om het lijf (net als de dames zelf) maar zijn verrekte aanstekelijk. Nummers als Made Her Mine, Bare to the Bones en Father I Have Sinned blijken serieuze oorwurmen die bij het tweede reffrein al luidkeels meegezongen kunnen worden. De cover van Madonna’s Like a Prayer is wat al te makkelijk gedaan, maar het publiek eet het op als zoete koek. Als ik rondkijk zie ik enkel brede grijnzen en vermaakte mensen. Dogma is een band die we de komende jaren nog op veel podia zullen aantreffen, wie weet zelfs de mainstages van de Europese festivalweides of het songfestival. De band heeft in ieder geval een lekker midden tussen kitsch en zeer vermakelijke kunst gevonden.
Na de theatrale, speelse sleaze van Dogma maakt Metropool zich op voor een veel serieuzere, rituele ervaring: Patriarkh. Over de historie van deze band is voldoende gezegd en geschreven. Begin dit jaar kwamen zij na de naamswisseling met het zeer sterke Prophet Ilja op de proppen. Een testament van het leven na Batushka en een album waarop Bart Krysiuk met zijn congregatie zeer succesvol voortborduurt op de blauwdruk die Litourgiya heet. Vandaag zal dan ook veel in het teken staan van dit nieuwe album. De podiumpresentatie is prachtig uitgekiend en de bandleden betreden onder het geluid van een processiebel in vol ornaat het podium.
De eerste helft van de set staat zoals verwacht volledig in het teken van Wierszalin I t/m VIII. Het nieuwe werk blijkt op het podium minstens zo goed te werken als op plaat. Vooral Wierszalin III en IV barsten live uit hun voegen van de heiligschennende sfeer. Het publiek is dan ook vrij vroeg in de set al volledig ingepakt. Vocaal en muzikaal is hier geen speld tussen te krijgen. De orkestratie op de backing track werkt fantastisch samen met de indrukwekkende drums, de extreem zware acht-snarige gitaarpartijen en de bulderende vocalen.
Krysiuk zelf gaat voor in de mis als een statige hogepriester, compleet met sacrale gebaren en een belerend vingertje. De show is visueel imposant: vuur, iconen en liturgische objecten vullen het podium, terwijl het publiek zichtbaar geniet. Er ontstaan zelfs moshpits, ondanks de trage, rituele aard van de muziek. Als kind leek de preek met Pasen eindeloos te duren, maar deze zwartmetalen mis houdt de gemeente in Hengelo moeiteloos in haar greep.
Na het album in z’n geheel gespeeld te hebben is de dienst nog niet voorbij. Patriarkh graaft dieper in de liedbundel met Pismo V, Wieczernia en Utrenia, om uiteindelijk af te sluiten met het legendarische Liturgiya. Eén voor één verlaten de bandleden het podium, tot alleen de drums nog weerklinken. Een indrukwekkend slot van een minstens zo indrukwekkende show. Patriarkh maakt alle verwachtingen waar en bezorgt Hengelo een gitzwart, maar prachtig begin van het paasweekend.