Ooit een dier gezien in een overdrijvende wolk of een gezicht gezien in een apparaat of het vooraanzicht van een auto? Vast wel, want de mens heeft de neiging patronen te zoeken in wat hij waarneemt. De mens is daarmee een Pattern-Seeking Animal. De band die zich naar dat fenomeen heeft vernoemd vertoont nog een ander patroon.
Dat patroon heet Spock’s Beard, want alle bandleden hebben iets met die band te maken. Bassist Dave Meros en zanger/gitarist Ted Leonard zitten op dit moment in die band, zanger/drummer Jimmy Keegan was tot een paar jaar geleden toerdrummer en uiteindelijk vast bandlid en toetsenist John Boegehold, eigenlijk de drijvende kracht achter dit project, schrijft al jaren songs voor Spock’s Beard, sinds het vertrek van Neal Morse om precies te zijn.
Volgens Boegehold heeft hij hier elementen gebruikt die hij bij Spock’s Beard niet kwijt kan. Ik hoor het eerlijk gezegd niet, qua songmateriaal zit het volgens mij in precies hetzelfde straatje. Goed opgebouwde progsongs, wat makkelijker in het gehoor liggend dan in het genre gebruikelijk en met veel aandacht voor de zang. Dat er veel overeenkomsten zijn vind ik gezien de samenstelling ook alleen maar logisch. De verschillen hoor je pas als je naar de instrumentale partijen gaat luisteren. Boegehold is wat ingetogener dan Spock’s Beard’s Ryo Okumoto en Alan Morse heeft een vrij opmerkelijke speelstijl die hier ontbreekt.
Drie van de negen songs zijn zo’n tien minuten lang en kennen dus uitgebreide instrumentale passages. Orphans Of The Universe is een van die lange songs en zit barstensvol lekkers. Orchestraal aandoende delen, fraaie achtergrondzang, stukken waarin bas en drums mogen schitteren, het zit er allemaal in. Pattern-Seeking Animals mag zich dan profileren als progband, dat weerhoudt ze er niet van om op de proppen te komen met No One Ever Died And Made Me King, dat eigenlijk een popsong op volume is, of de ballad Fall Away. Die laatste bevalt me een stuk minder. Voor mijn gevoel had ‘ie zonder veel wijzigingen door pakweg Michael Bolton uitgevoerd en uitgebracht kunnen worden, op de gitaarsolo naar het einde toe na, misschien.
Ik heb er een beetje hetzelfde probleem mee als met de laatste Spock’s Beard-albums: sinds het vertrek van Nick d’Virgilio is het eigen gezicht daar een beetje weg en is het een progband in een zee van progbands geworden. Door de ervaring van de heren blijft het niveau hoog, maar het eigen gezicht is wat weg. Ook hier is de kwaliteit van het gebodene hoog, maar heb je nergens het geval dat je naar een heel eigen geluid zit te luisteren.
Misschien is dat ook wel ‘vroeger was alles beter’-gezever van iemand die de oude Spock’s Beard mist. Wie de laatste Spock’s Beard-platen koestert kan dit Pattern-Seeking Animals zo aanschaffen. Want wat Boegehold ook beweert, er zijn veel meer overeenkomsten dan verschillen. Is dit een debuut van niveau? Zeker. Wordt er lekker gemusiceerd? Nou en of. Is het melodieus? Misschien zelfs nog wat meer dan Spock’s Beard. De enige vraag is eigenlijk of ik dit album veel zal draaien en daar heb ik mijn twijfels over.
In eerste instantie was Pattern-Seeking Animals als eenmalig project bedoeld. Die plannen zijn inmiddels veranderd en de heren willen met een aantal extra muzikanten erbij op tournee en zelfs jaarlijks een album uitbrengen. Zoals John Lennon als zong: “Life is what happens to you while you’re busy making other plans.” Of je nu patronen ziet of niet.
Pattern-Seeking Animals website
Pattern-Seeking Animals – Pattern-Seeking Animals
313
vorig bericht