Pride Of Lions – Fearless

Eigenlijk had ik de hoop op nieuw materiaal van Pride Of Lions opgegeven. Zanger Toby Hitchcock leek vooral bezig met een carrière als foto- en videograaf en de andere pilaar van de band, ex-Survivorgitarist Jim Peterik, bracht een album met vergelijkbaar materiaal uit in het project Peterik & Scherer. En toen was daar ineens Fearless, vijf jaar na het laatste album Immortal.
Bij de Top 2000-programmering op NPO3 was onder andere een filmpje te zien met Jim Peterik in volledige oude-rocker-outfit: kleding, laarzen en gitaren vol glitters en alsof dat niet genoeg was ook nog paars geverfd haar. En natuurlijk “Eye Of The Tiger” ten gehore brengend. Het zou bijna sneu zijn, ware het niet dat de man er zelf de campy kwaliteiten wel van in lijkt te zien en vooral dat hij nog steeds memorabele melodieën weet te schrijven.
Bij Fearless is dat ook weer het geval. Ja, het zijn stuk voor stuk songs vol bombast in productie en zangpartijen. Coupletje-refreintje-coupletje en buitengewoon Amerikaanse radiorock. Na de jaren tachtig alleen nog populair in de VS zelf. En toch, iedere keer zijn het songs die in drie maten aanvoelen als een warme jas, met precies op de goede momenten lekker uitwaaierende gitaaruithalen.
Het knappe aan Peterik is dat hij een ragfijn gevoel heeft voor wat wel kan en wat niet. Zo kan het gebeuren dat de toetsen prominent zijn en toch nergens een verstikkende deken worden, dat de gitaren redelijk braaf zijn maar nooit teveel afgevlakt en dat de productie bombastisch is zonder over het randje van kitsch te kukelen. De combinatie met Hitchcock’s waanzinnig krachtige galmpartijen maakt dat Pride Of Lions iedere keer, ook nu weer, moeiteloos aansluit bij de top van de radiorock.
Als er dan ook nog lekkere vlotte rockers als het titelnummer tussen zitten is het feestje compleet. Toegegeven, dat nummer wordt gevolgd door de ballad “Everlasting Love”, die net zo akelig mierzoet is als de titel, maar dat ene foutje is ze vergeven.
Uiteindelijk zit ik het hele album weer met bewondering te luisteren naar de stem van Hitchcock en het gemak waarmee Peterik de ene catchy melodie na de andere uit de mouw schudt. Bombast op het randje van kitsch, maar wel heel knappe bombast op het randje van kitsch.

Pride Of Lions website

Related posts

A La Carte – Born To Entertain

Objector – Slave New World

Grendel’s Sÿster – Katabasis into the Abaton/Abstieg in die Traumkammer