Complete onderdompeling in zestiger/zeventigerjaren rock, blues, psych en prog invloeden, dat is het muzikale recept van Sonic Dawn. Mij waren ze nog niet bekend, maar het Deense trio doet dit al sinds 2013, en met Phantom brengen ze hun vijfde album alweer.
Opener 21 st Century Blues is een licht verteerbare, ietwat psychedelische, kabbelende blues met zo nu en dan erg fijn oog voor details in zowel het spel zelf, als de geluidskeuze. Het navolgende Iron Bird heeft al een vlottere drive, de enorm catchy boogie van Think It Over en geklutste overgang naar het refrein is even wennen, maar moet direct bij de eerste luisterbeurt al in repeat. En dan komt de verrassing nog; Nothing Can Live Here lijkt een kabbelende beek, maar gaat om de hoek opeens over in een wijds, zompig moeras met verraderlijk diepe poelen en aanzuigende kolken, als je begrijpt wat ik bedoel. Dit zou zo maar zo’n nummer zijn dat live alle kanten op kan gaan en vijf keer zo lang kan duren. Dreams Of Change blijft wel meer in de kabbel/zweef modus, is ideaal bij vertoning van waterstofprojecties, maar ook zo’n stuk waar je steeds meer heel subtiele muzikale details kan ontdekken. Dit is ook bij Transatlantique het geval; let eens op die mooie baslijnen, en de wisselwerking bas en toetsen, over het tapijtje van de gitaar. Ook het iets steviger, uptempo Micro Cosmos In A Drop moet ik er even uit pikken; erg catchy en met echt lekker gefreakt gitaarwerk. Een fijne plaat voor liefhebbers van deze muziek die zijn basis in de zestiger/zeventigerjaren van de vorige eeuw heeft, maar dus, zo blijkt maar weer, ook door nog een hedendaags bandje heel lekker kan worden gebracht.