Al ruim twintig jaar weet het progressieve Symphony X hoogstaande album af te leveren. Op de een of andere manier lijken ze nooit de status van een supergroep te hebben, maar dat is eigenlijk onbegrijpelijk. Ook het negende album Underworld laat een band horen die het vooral fijn vindt om samen goede nummers te spelen waarin de fans zich ook uitstekend kunnen vinden. Underworld zou betiteld kunnen worden als een conceptalbum met een overkoepelend thema rond Dante en Orpheus. Toch is het een album geworden waar gewoon alle nummers een gemeenschappelijk thema in zich dragen. En een album waar drummer Jason Rullo laat horen dat hij zijn hartproblemen in 2013 helemaal te boven is.
Underworld is daarmee een krachtig album waar alle leden van de band nadrukkelijk aanwezig mogen zijn en veel ruimte krijgen in hun eigen expertise en Michael Romeo zijn talent voor het schrijven van nummers verder heeft vervolmaakt door alle afzonderlijke elementen en krachten in een schijnbaar eenvoudig evenwicht heeft weten te verwerken in de afzonderlijke nummers.
Overture is het muzikale voorgerecht. Rei-gezang kondigt het nieuwe hoofdstuk van Symphony X aan. Het opera-achtige intro boeit mij altijd wel, zeker wanneer er gewerkt wordt naar een climax die uiteindelijk losbarst. In het nummer wordt deze gelofte al ingelost, maar de spanning bouwt zich wederom op om in Nevermore ten tweede male alle energie eruit te gooien. Deze compositie met een voortstuwend tempo herbergt daarnaast ook hele melodieuze elementen. Halverwege wordt het hoofdpad verlaten om via gitaarloopings en –solo’s weer terug te keren op de vertrouwde weg die de heavy-metalrichting volgt. Gitarist Michael Romeo laat echter zijn gitaar nog luidkeels gieren. Leuk detail is het feit dat naar het gedachtegoed van Dante het nummer drie een bijzondere betekenis heeft gekregen in Nevermore (al bestaande uit drie klankgroepen). De melodie is een ‘three-note-phrase’ en er zijn drie referenties naar drie titels van nummers van het derde album.
Met Underworld komt de meer progressieve metal naar voren. Russel Allen laat zich van één van zijn sterkere kanten horen, want zijn stem past uitstekend in dit door duisternis geteisterde nummer dat de sfeer van de onderwereld weet neer te zetten. Het nummer krijgt een prettige wending waarin de sfeer lichter van aard wordt en het toetsenwerk van Michael Pinella prettig naar de voorgrond kruipt en er een buitengewoon samenspel met Romeo ontstaat. Hoewel Russel Allen zich al verdienstelijk had gemaakt, stijgt hij naar grotere hoogten naarmate het nummer vordert. De koorzang op de achtergrond
Without You is een prachtige powerballad. Spanning en emotie groeien in dit nummer. Het is aan de ene kant een moment waar Symphony X wat gas terug neemt, terwijl aan de andere kant juist het krachtige element tot volle glorie komt en de spanning hiertussen gedijt heel goed. Het uitstekende refrein, de inspirerende gitaarsolo en de progressieve invloeden zorgen ervoor dat dit nummer niet verveelt en steeds beter lijkt te worden na ettelijke luisterbeurten.
In Kiss Of Fire horen we een Symphony X dat uptempo verder aan de weg timmert. De bombastische koorzang in het intro initieert de stevigheid van het nummer waarin Russel Allen heel sterk naar voren komt. Een stemgeluid dat doet denken aan de Rainbow met Ronnie James Dio. Op de een of andere manier weet de sfeer in het nummer de energie in je lichaam op te blazen totdat het in al je poriën je lichaam wilt verlaten. Kenmerkend is een ijzersterke repeterende riff door de compositie dat binnen een pulserend ritme en het intrigerende geluid van Russel Allen en de keyboards even de rem op het geheel zet om daarna in volle versnelling weer los te gaan.
Ook Charon weet oude heavy metal- en progressieve elementen bijzonder te mixen. Het nummer is bijzonder melodieus en pakt je bij de strot.
Het hele album is qua songstructuur en –keuze goed opgebouwd. In To Hell And Back vertraagt de band enigszins, maar blijft op de toppen van energie hangen. Tekstueel is het sterk geïnspireerd door het verhaal van Orpheus, maar met een tekstlijn die geschreven is voor iedereen in deze hedendaagse tijd.
In My Darkest Hour gaat verder op de ingeslagen weg. Russel Allen gebruikt zijn stem zoals ik het herken van zijn bijdrage aan Adrenaline Mob.
Zo naar het eind van het album komt Symphony X dan ook nog even met Run With The Devil, waarin de sfeer van het oude Rainbow nogmaals sterk naar voren komt om met het sfeervolle Swan Song de reis (naar de onderwereld) verder voort te zetten. Toetsenist Michael Pinella laat zichzelf horen als een begenadigd pianist in samenspel met de ingetogen zang van Russel. Michael Pinella krijgt op Underworld (gelukkig) de nodige ruimte. Vaak in combinatie met het prettige gitaarspel van de andere Michael weet hij in onnavolgbare solo’s de snelheid in de nummers goed te bewaren en tevens van een extra dimensie te voorzien. Tot en met het slotnummer eveneens Rainbow-/Dio-achtige Legend. Een waardige afsluiter van een hoogstaand kwalitatief album. Illustrator Warren Flanagan heeft daar met het artwork nog een schepje bovenop gedaan. Geheel in de sfeer van het achterliggende thema heeft hij daar zijn eigen draai aangegeven met de negen cirkels van de hel rond een masker.
Underworld is voor mij een hoogtepunt uit het oeuvre van Symphony X. Ze hebben alle elementen uit de heavy metal en progressieve rock weten te versmelten in een sterk opgebouwd album met daarop nummers die qua sfeer en intensiteit uitstekend gebalanceerd op schijf zijn gezet.
[youtube id=”_z3AHbjeb1U” align=”center” mode=”normal” autoplay=”no” aspect_ratio=”4:3″ parameters=”https://www.youtube.com/watch?v=_z3AHbjeb1U”]
Symphony X – Underworld
322
vorig bericht