The Lachy Doley Group – Lovelight

Het Hammondorgel lijkt gemáákt voor rockmuziek. Een grotere bespeler dan Deep Purple’s Jon Lord is er nooit geweest, als je het mij vraagt. Maar twee jaar geleden ontdekte ik een toetsenist die opmerkelijk dicht in de buurt komt.
Op zijn site staat een quote van Glenn Hughes (ex-Deep Purple) waarin hij “The greatest living keyboard player in the world today” wordt genoemd. Dat was niet alleen maar een vriendelijk steuntje in de rug, Hughes rekruteerde hem ook meteen voor zijn recente soloalbum Resonate. Op die plaat hoor je Lachy Doley, want daar hebben we het hier over, zo nu en dan Jon Lord benaderen.
Doley is overigens bepaald geen Jon Lord-kloon. Hij heeft dezelfde uitbundigheid en door de Leslie-versterkers hetzelfde smerige Hammondgeluid als Lord in zijn beste dagen, maar Doley heeft nog meer troeven. De eerste is het clavinet met whammybar. Zo’n whammybar zie je normaal gesproken alleen op gitaren, maar Doley heeft ‘m op zijn clavinet (eigenlijk een orgel met snaren) zitten en gebruikt ‘m heel veel. Kijk maar eens naar live-opnamen op zijn YouTubekanaal. Daarnaast heeft hij een prima stem met een enorme bak soul erin. En dat had Jon Lord dan weer niet.
Vanaf de eerste seconde van Lovelight zit je in een heerlijke maalstroom van blues, rock, funk en soul. Waar – en óf – het ene ophoudt en het andere begint is lastig te zeggen. Doley heeft door het gebruik van die whammy-clavinet en zijn stem een heel eigen geluid, of het nu up-tempo rockers als “We’re Free” en de titeltrack zijn of de ballad “Love Come Around”.
Zijn band bestaat normaal gesproken naast de toetsen uit drums en bas en dat is ook op dit album meestal het geval. Er werken verschillen muzikanten mee aan dit album, maar daar zit maar een enkele keer een gitarist tussen. Zo is Nathan Cavaleri te horen op “Who Was I Foolin'”. Net als de Australische brulboei-par-excellence Jimmy Barnes. Een mooi nummer, maar het ontbreken van de gitaar op de meeste andere songs merk je eigenlijk amper. Het rockt als een tierelier en het knalt je speakers uit met een power van heb ik jou daar.
Verder is er een fraai duet met Zkye Blue (“Get It While You Can” van Howard Tate, maar bekender door Janis Joplin) en is er een cover te vinden van “Ain’t No Love In The Heart Of The City”. Dit nummer van Bobby Bland, bij rockers beter bekend van de versie van Whitesnake, krijgt een intrigerende slepende uitvoering. Het mag dan een minder verrassende cover zijn dan AC/DC’s “Back In Black”(!) op het voorgaande album Conviction, maar het is wel een track waarbij Doley’s stem fantastisch uit de verf komt.
De laatste track “Stop Listening To The Blues” is een livetrack met zijn vaste band, drummer Jackie Barnes en bassist Jan Bangma. Opmerkelijk is dat het verschil in energie met de studiotracks eigenlijk amper waarneembaar is. U begrijpt al: dat betekent niet dat er een gebrek aan energie is, alleen dat die energie ook in de studio volledig tot wasdom is gekomen.
Conviction belandde in 2015 in mijn top-10 over dat jaar. 2017 duurt nog even, maar ik durf voor Lovelight wel alvast een plekkie in te ruimen, simpelweg omdat ik bij iedere luisterbeurt een beetje méér verliefd raak op dit album.
In de zomer komt Lachy Doley een paar maanden door Europa toeren. Je doet jezelf een groot plezier door een van zijn optredens bij te wonen, bijvoorbeeld op het Bospop Festival.

Lachy Doley website

Related posts

A La Carte – Born To Entertain

Objector – Slave New World

Grendel’s Sÿster – Katabasis into the Abaton/Abstieg in die Traumkammer