Het Nederlandse progressieve-symfo rock-metal label Construction Records heeft een goede neus voor kwalitatief goede (Nederlandse) bands. Na Inhalo vorig jaar brengt het label nu het album Sunrise uit van The One. De band is een bandproject van Timothy van der Holst die zijn muzikale wortels in de jaren tachtig heeft liggen. Hij heeft al de nodige jazz-/soulalbums gemaakt maar heeft zich nu, samen met Frank Ayers gericht op het progressieve genre. En hoewel Timothy veel instrumenten zelf bespeelt, heeft hij zich laten bijstaan door de gitaristen Edwin in ’t Veld, Fernando Perdomo, Luca Giordano en de zangers Max Gilkes en Maarten Teekens.
De teksten van Frank Ayres verhalen over een wetenschapper die met zijn logische vuist durft te zwaaien bij zijn ervaring van de werkelijkheid. Nadat hij in het complexe web van snaartheorieën is gedoken en bijna is verdronken in de verleidelijke oceaan van de kwantumfysica, wordt zijn gezond verstand vastgehouden door een draad wanneer hij zich realiseert dat verliefd worden en verliefd worden sneller is dan de snelheid van het licht. Als een acteur die zijn tekst vergeet, bevriezen de theaterlichten van een relatie hem in een droomachtige realiteit waarin hij in de ogen van Amon-Ra kijkt. Geloof of feiten? De antwoorden komen op met de zon en zijn dag is herboren. Aldus de band.
Met The Thoughts Of Light word je instrumentaal aardig opgewarmd waarbij de invloeden uit de symfonische muziekwereld uit de jaren zeventig en tachtig mooi naar voren komen. Een aspect dat in de afsluiter (en titelnummer) Sunrise alsmede tot uiting komt. De start doet me denken aan de soundtracks/themesongs van diverse televisieseries uit de jaren zeventig. Het warme heldere stemgeluid haalt je dan een beetje bij je herinneringen weg. In een lekker easytempo vervolgt The One de compositie. De samenzang halverwege geeft een leuke wending en is de opstap naar een funky onderbreking met doeltreffende solo. Daarna grijpt de band weer terug naar de basis.
Gaandeweg het album ontkom je nooit aan het symfonische karakter en overeenkomsten met Pink Floyd kunnen dan niet achterwege blijven. Het gehele karakter in Time Out ademt Floyd. Dit is comfortmuziek. De tekst is eenvoudig, maar boeit zeker . De trant zet zich door in Remember hoewel daar ook weer raakvlakken te vinden zijn van Ayreon (en van wie heeft hij het ook alweer). De compositie is vooral gericht op subtiel en gevoelig gitaarspel maar één enkele zin aan het eind van de compositie maakt van dit instrumentaaltje net weer geen instrumentaaltje.
Noem het progrock wanneer je dat wilt, maar voor mij speelt The One symfonische rock en dat is in Pass Haunts Again in negen minuten helder en duidelijk. Het repeterende karakter heeft iets mysterieus, maar ook vertrouwd. Rustig startend krijgt de compositie een leuke wending waarbij het tempo wordt opgevoerd. Met alle wendingen, onregelmatigheden en ruimte voor gitaar en synthesizer zijn negen minuten zo voorbij. De synthesizer komt trouwens in volle glorie naar voren bij het intro van Let’s Laugh. Beetje sci-fi gaan we zo veertig/vijftig jaar terug in de tijd en komen ondertussen Alan Parsons vast ook ergens tegen. Al dommelend en dromend gaat halverwege ineens de rem er wat af en bouwt het tempo zich op. De gehele muzikale symfogeschiedenis krijgt hier een ode door het gevarieerde aanbod aan muziek.
Meer van hetzelfde vind je terug in Between You And Me dat aanvankelijk gemakkelijk als liefdesliedje gedefinieerd zou kunnen worden mits er natuurlijk weer gespeeld wordt met ritme en tempo. De korte gitaarsolo is easy, maar o zo heerlijk neergezet. De rust en emotie die even aanwezig was, krijgt een vervolg in The Time Stands Still. Heel mooi hoe met weinig middelen zo’n muzikaal decor neergezet wordt. De zang is ten dienste van de sfeer en engelen scharen zich, met schalkse blikken naar beneden, boven The One die even de tijd stil doet laten staan met Sunrise.