Toetsenist Shai Yallin van Subterranean Masquerade over het nieuwe album.


Een aantal maanden geleden mocht ik een review schrijven over het laatste album Mountain Fever van een bijzondere band uit Israël met de naam Subterranean Masquarade. Naar aanleiding van deze review en de vragen die ik hier bij kreeg mocht ik de band een interview afnemen. Toetsenist Shai Yallin had tijd gevonden om mijn vragen te beantwoorden.
Om te beginnen wil ik je bedanken voor de mogelijkheid om jullie een aantal vragen te stellen gedurende deze drukke tijden van het uitbrengen van dit nieuwe meesterwerk.
Dank je wel voor de aardige woorden. Ik hou van interviews en ze helpen ons natuurlijk om onze bestaande maar zeker ook nieuwe luisteraars te bereiken.
Van alle nieuw uitgebrachte albums van het afgelopen jaar lijkt mij deze, in vergelijk met vele andere bands, een stuk moeilijker om te maken. In mijn review schreef ik dat het album is opgenomen tussen de Golanhoogten en Örebro. Hoe is dit in zijn werk gegaan? Reizen tussen Zweden en Israël lijkt mij niet erg eenvoudig gedurende deze pandemie.
Heh. Mountain Fever was eigenlijk al in 2019 opgenomen maar was gepland om in 2020 uitgebracht te worden. De Covid pandemie gooide natuurlijk de hele muziekindustrie in een wervelstorm, zodat wij besloten om zodra er ook een mogelijkheid was om het live te promoten. Terwijl wij hierop wachtten hebben wij de mensen achter Sensory benaderd om ons te helpen het album uiteindelijk uit te brengen.
Het album is geschreven in Israël. De demo’s zijn gecomponeerd en opgenomen in de thuisstudio’s van Tomer in de Golanhoogten. De pre-productie is op afstand gedaan vanuit ieders eigen thuis studio. Toen het uiteindelijk tijd werd om de definitieve versie het album echt op te gaan nemen zijn Tomer, Vidi and Matan Shmuely, de drummer op het album, naar Stockholm gevlogen om drums op te nemen met David Castillo. Alle andere instrumenten zijn opgenomen in Israël, waarna het allemaal naar Jens is gestuurd waar hij het in zijn Örebro studio’s heeft gemixt.
De heren bij Fascination hebben een geweldig werk afgeleverd. Het geluid is ontzettend goed. Zijn ze zelf ook betrokken in de pre-productie fase van een nummer?
David Castillo heeft ons wel geholpen om de nummers een beetje te polijsten. Om de drums meer precies te krijgen en iedere aanslag de juiste werd. De rest heeft eigenlijk al een intensief proces ondergaan tijdens de pre-productie in Israël voordat er ook maar één noot was opgenomen.
Jullie hebben ook in eigen land opgenomen in de Libra Studio’s met Yuval Kramer (onder andere bekend van Amaseffer, red.). Welke gedeelten zijn daar gedaan?
Yuval is een hele goede vriend van ons en heeft veel met Vidi gewerkt met Reign of the Architect. Wij waren ontzettend blij dat hij zich aanbood om te helpen met het opnemen van de gitaarpartijen. Or Shalev nam daar veel van zijn lead gitaar gedeeltes op. En dat terwijl Or eigenlijk inDuitsland woont en werkt aan zijn opleiding. In de winter van 2019 vloog hij een weekje naar Israël om in drie dagen bij Libra alle elektrische en akoestische stukken op te nemen.
Is het schrijven van een album zoals dit, met al die extreme (prog-) composities extra uitdagend, wetend dat je eigenlijk uiteindelijk dit album op vinyl uit wil gaan brengen? Ik kan me voorstellen dat er uiteindelijk concessies gedaan moeten worden gezien de tijdslimieten die gebonden zijn aan een vinylpersing.
Weet je, eigenlijk hebben wij helemaal geen beperkingen gehad omdat wij er van uitgingen dat het toch een dubbel-album zou gaan worden. De totale runtijd is 55 minuten en wij wilden niets weglaten. Tijdens de pre-productie zijn er wat chirurgische ingrepen gedaan maar dat was echt uit artistiek oogpunt en niet om deze redenen om het passend te krijgen.
Omstreeks 2015, ten tijde dat The Great Bazar was uitgebracht, gaven jullie in een interview aan dat het eigenlijk voor het eerst voelde dat het echt als een band aanvoelde in plaats van een studioproject. Is dit gevoel nu sterker dan ooit?
Toen ik in 2015 bij de band kwam ondergingen wij een gigantische metamorfose van inderdaad een studioproject naar een echte band. Mijn aandeel op The Great Bazar was al helemaal klaar en opgenomen nog voor ik Tomer in real life had ontmoet.
Ik denk dat de echte grote omslag kwam tijdens onze Europese tour in 2018. Vidi kwam toen ook bij de band. In eerste instantie was hij plaatsvervanger vanKjetil Nordhus. Hij had andere verplichtingen met Green Carnation en Tristania. Toen de tour eenmaal was afgerond bleek dat Kjetil het te druk had met de comeback van Green Carnation zodat Vidi het geluk had om te kunnen blijven. Spijtig genoeg hebben wij dus afscheid moeten nemen van Kjetil en Vidi als volwaardig bandlid gevraagd. We waren zo blij dat hij instemde waarna wij inderdaad nu echt het gevoel hadden een band te zijn. Nu kunnen we ook makkelijker wekelijks oefenen omdat wij allemaal in Israël wonen. Hierna hebben we wel meer dan 100 shows met hem gespeeld en het voelt of hij er altijd al bij heeft gehoord.
Als ik dit album vergelijk met bijvoorbeeld het al meerdere malen aangehaalde The Big Bazar lijkt het alsof er wat minder gebruik is gemaakt van koper instrumenten. Vanwaar deze nieuwe manier van muziek schrijven?
Eigenlijk zit er best nog wel vrij veel koper in het album: Mountain Fever, Inwards, Ya Shema Evyonecha en For The Leader bijvoorbeeld hebben nog volop koper- en blaasinstrumenten. Het is in principe niet zo dat wij een andere benadering hebben gekozen. Tijdens het pre-productie proces zijn de nummers gegroeid en dit is waar wij op zijn uitgekomen :-). 
Waar vinden jullie de inspiratie voor een album als dit?
Wij hebben allemaal onze eigen inspiratiepunten. Tomer had de demo’s geschreven tijdens de winter van 2017 terwijl ons album Vagabond nog in de laatste productiefase was. Winters in de Golanhoogtes zijn koud en nat, en hij zat thuis gevangen. Tijdens deze periode schreef hij nieuwe nummers als een uitlaatklep voor zijn gevoelens en emoties. Vidi schreef de teksten, waarbij hij de onderwerpen aanbracht die hem emotioneel en intellectueel uitdaagden. Bijvoorbeeld het onzekere gevoel van identiteit en verbondenheid, slapeloosheid, het leven van een muzikant enzovoort. Als ik voor mijzelf mag spreken, haalik mijn inspiratie uit alle muziek waar ik naar luister. Hoe ouder ik word, hoe meer ik ga ontdekken. Hierbij ontwikkelen automatisch mijn geluid, composities en speelstijl.
Het album Pros and Cons of Social Isolation dat jullie in 2020 hebben uitgebracht had een vrij extreem geluid. Totaal niet wat jullie normaliter spelen. Waarom is gekozen om dit zo te doen?
Pros and Cons was een Covid-19 project. Een onderneming die wij deden omdat wij elkaar niet konden ontmoeten en of met elkaar konden spelen. Wij konden niet live spelen en Mountain Fever kon niet uitgebracht worden. Het was echt een uitlaatklep van onze gevoelens. Het begon als een grap, maar uiteindelijk groeide het uit in een speels experiment waarbij ieder bandlid een nummer van onze vorige albums opnieuw arrangeerde. Inclusief een een nummer van PhilCollins. Ieder van ons nam zijn gedeelte thuis op en wij hadden verschillende mix technici bij verschillende nummers. Het is een eclectisch stuk geworden dat ons door 2020 heeft geholpen. Zeer zeer heel erg leuk om te doen.

In 2016 was één van jullie eerste optredens in Europa bij ons in Nederland tijdens het Progpower festival. Hoe kwam dit tot stand? Jullie waren nog niet heel erg bekend hier.
De mannen bij Progpower hadden The Great Bazar gehoord en nodigden ons uit om te komen spelen. Wij maakten er een korte Europese tour omheen samen met Chaos Devine uit Australië  en Votum uit Polen. Nadien hebben wij iedere kans gegrepen om in Nederland te spelen,zoals wij deden in Arnhem, Nijmegen en Amsterdam op onze recente tours.
Ik stel me zo voor dat dit de start was van een geweldig avontuur.
Daar heb je helemaal gelijk in.
Gaat dit nieuwe album jullie nog verder de wereld rond brengen?
We hopen dit natuurlijk van harte. Kortgeleden hebben wij nog online opgetreden in Japan. Jammer genoeg kon het niet anders door de Covid restricties. Maar ik zou dolgraag echt een keer touren in Japan maar ook Noord- en Zuid Amerika en Australië. En natuurlijk weer terug naar Nederland waar jullie geweldige concertzalen hebben, een geweldig publiek en heerlijk bier… 🙂
Dank je wel voor je tijd en ik hoop jullie snel live te mogen zien.
Graag gedaan en jij ook bedankt!
 

Related posts

Maanvlinder: We blijven onszelf verrassen

Skroetbalg: Doordachte simpelheid

Forlorn: Midsommar Metal!