Titelnummer Purgatorius wordt gekenmerkt door een heerlijke riff met een snelheid die perfect is voor het ‘bangen van de head’. Zanger Jérôme Thilly past er uitstekend in met zijn grommende stemgeluid. Tekstueel verhaalt het over een prehistorische vondst waarmee het de eerste compositie is die bij mij het predikaat archeologische thrash krijgt.
Washout. Wash Out of Was Hout. Het is mij om het even. Ook hier weet het Thomastandem de vaart er stevig in te houden, waarbij Tomas Verdonck heel even lekker zijn basgeluid expliciet mag etaleren. Qua ritme is er genoeg afwisseling en weten gitaristen Fred Patalas en Mat Chiarello zowel riffmatig als solomatig de nodige potten te breken.
The Cave wijkt niet heel veel af van het voorgaande. Snelheid, kracht en intensiteit zijn de kernwoorden voor deze compositie waarbij het drumwerk van Thomas Patalas wederom sterk naar voren komt en een voortstuwend karakter kent.
Even sterk maar meer melodieus start W.I.L.D. de compositie Trapped. We kunnen hierbij wel een beetje spreken van een schijnmelodie omdat Trapped zich meer ontwikkeld naar een sneller thrashnummer. Toch blijven de melodieuze elementen steeds terugkomen en zorgen de meer clean vocals en de gitaarmelodie ervoor dat Trapped in positieve zin wat afwijkt van het geheel.
The Blind Man (still sees the shadows dancing), A Painful Past zijn uptempo thrashnummers waarin W./I.L.D. grossiert op het album.
Holy Grail wordt binnen de ultieme thrashbeleving gekenmerkt door extra snelheid in ritme en bruutheid in zang waarin Jérôme even buiten de gangbare paden trekt en waarin het gitaargeluid extra hoog wordt ingezet om tegenwicht te bieden tegen het zware uptempo karakter van Holy Grail. Na het gebrulde “beasts may together until an exit they head for” krijg je het idee dat het tijd is voor een nieuwe compositie maar niets is minder waar wanneer de band een akoestisch muziekstuk neerzet dat uiteindelijk langzaam sterker en krachtiger wordt.
Thomas Verdonck zet daarna de bas groovend in. Een groove die Thomas Patalas alleen maar kan volgen en die langzaam uitgebreid wordt met een gitaargeluid dat melodieus toewerkt naar een distortionvolle riff die de groove overneemt en het tempo weer doet toenemen.
An End That Isn’t One kan niet anders dan refereren naar de start van het album en beëindigt dit dan ook wederom instrumentaal.
Purgatorius is een ongecompliceerd thrashalbum waar menigeen warm voor kan gaan lopen. Verwacht geen bijzondere fratsen op het album, want W.I.L.D. speelt voornamelijk thrash en gebruikt subtiele accenten om het ook interessant te houden.