Na de trilogie rond De Doden Hebben Het Goed slaat de Belgische metalband Wiegedood terug met hun meest venijnige album tot dusver. Het trio brengt nog steeds atmosferische blackmetal, maar het atmosferische krijgt nog minder tijd en aandacht dan op de drie vorige albums. De intense brokken blackmetal zijn nog sneller en agressiever en de vocalen zijn zo mogelijk nog huiveringwekkender.
In atmosferische blackmetal staat het Belgische Wiegedood internationaal aan de top, met – in het pre-coronatijdperk – internationale tournees en internationale releases. Nu ze hun triptiek over dood en verlies afgewerkt hebben (de drie albums van De Doden Hebben Het Goed), gooien ze niet alleen dat thema (en het Nederlands in de songtitels) overboord, maar ook alle vormelijke eisen die ze zichzelf opgelegd hadden. There’s Always Blood … is daardoor het eerste album met meer dan vier songs, maar wel nog met een vergelijkbare totale speelduur. Dat maakt dat de tracks compacter en gebalder zijn en dat levert al eens bonuspunten op inzake intensiteit.
Dat er minder en kortere atmosferische stukken in de songs zitten, maakt dat het contrast soms minder groot is en daardoor beleef je als luisteraar deze trip op een meer nerveuze manier dan op de voorgaande albums. Minder rustpunten, meer één aangehouden fluim naar de maatschappij die ons tot voor kort nog minder goed behandelde dan daarvoor.
Voor mij zijn de hoogtepunten van dit nieuwe Wiegedoodalbum Until It Is Not en de Oosters aandoende mantra Now Will Always Be, maar dat is eigenlijk zoeken tussen parels die allemaal even hard blinken. There’s Always Blood At The End Of The Road is opnieuw een meesterwerk, een nieuw hoofdstuk in de lange geschiedenis die Wiegedood nog voor zich heeft.
Wiegedood – There's Always Blood At The End Of The Road
433
vorig bericht