Zelf omschrijven ze hun muziek als groovy rock. Dat is wel erg ruim. Een wat duidelijker omschrijving zou zijn een mix tussen rock, prog en psychedelica, met zo nu en dan iets wat op het toegankelijker werk van hun landgenoten Motorpsycho lijkt. Vier muzikanten die hun sporen verdiend hebben in de Noorse progscene: Hallvard Gaardløs (Spidergawd) op bas en zang, Karl Bjorå (jazzband Megalodon Collective) op gitaar, Vegard Lien Bjerkan (Soft Ffog) op toetsen en Axel Skalstad (Soft Ffog) op drums. De productie is van Jaga Jazzist’s Martin Horntveth.
Laat ik maar met de deur in huis vallen: als je bij ‘groovy rock’ verwacht ontspannen mee te wiegen op een kalme ritmische ondergrond zit je er volkomen naast. Opener Lessons vertikt het meteen om zich aan welke genregrens dan ook te houden. Het begint buitengewoon funky, tot de gedragen en gedubbelde zang invalt, er is een flangereffect te horen dat we van sixties psychedelica kennen en op andere momenten kun je er zomaar ook iets als Phish in horen.
De tweede track Free Will geeft een nieuwe dimensie aan de term jachtig. De bassist en de drummer hebben het geen moment rustig in deze track. Dat jachtige blijft ook bij de volgende tracks te horen: drums en bas jakkeren voort als een nerveuze chihuahua met ADHD, de toetsen zorgen voor een basismelodie en de gitaar is vaker met jazzy loopjes in de weer dan dat er een riff te horen is. Show Me What You Got begint ook zo, maar halverwege slaat het ineens om in een jazzy track met een heerlijke toetsensolo. Fire & Water is dan weer een heel funky song, Divine begint met een heerlijk drumpatroon en is deels bijna psychedelische electropop. Na het repetitieve When You Call heb je drie kwartier heel veel indrukken op je afgevuurd gekregen.
De zang is iedere keer weer een fraai contrast met de muziek: zou je de zang alleen beluisteren, dan zou je niet zo snel denken dat de muziek erachter bij tijd en wijle zó opgefokt zou zijn. De veelal meerlaagse zang doet sterk aan Motopsycho denken en in grote lijnen kun je WIZRD wel in dezelfde hoek indelen. Rock en jazz die tesamen een soort progressieve rock opleveren, dat idee. Per slado blijken ze toch gelijkj te hebben met hun omschrijving: het groovet als de neten, iedere keer weer. Het is alleen een groove die alle kanten opschiet en daar moet je tegen kunnen.
Misschien is dit een wat minder geslaagd plaatje op de achtergrond bij een verjaardagsfeestje, maar dit is wél zo’n album dat je opzet om vervolgens met je ogen dicht van te genieten. Er gebeurt zoveel, dat je simpelweg de tijd moet nemen. En zet die chihuahua even in een andere kamer.