Wolverine – Machina Viva

Menig progliefhebber raakt muzikaal niet zo gauw van slag bij een flinke dosis muziek. Toch is het bijzonder (moedig) van het Zweedse Wolverine om het nieuwe album Machina Viva te starten met een compositie van vijftien minuten. Het is wel meteen een bewijs dat deze vijf heren van Wolverine weten waar Abraham de progressieve mosterd haalt. Hoewel zanger Stefan Zell en drummer Marcus Losbjer aanvankelijk deathmetal speelde, bleek al gauw dat het progressieve genre hen beter lag. Ondertussen is de band toe aan het zesde album en weten ze mij meteen met de opener The Bedlam Overture te overtuigen.
Eerst wordt er lekker instrumentaal warm gedraaid voordat het stemgeluid van Stefan Zell de gelederen versterkt met zijn mooie stemgeluid. De afwisseling is ruim aanwezig in deze compositie zonder dat de wel bekende rode draad in de knoop schiet. De samenzang doet me denken aan de Little River Band en het gebruik van conga’s biedt een meerwaarde terwijl de franse hoorn zelfs een jazzy-tintje geeft. Al met al een uiterst aantrekkelijke compositie dat bol en vol staat van muzikaliteit. Dat volle karakter komt zeker terug op het gehele album. In Machina bouwt het zich langzaam op terwijl de zang in ietwat lijzige stijl (beetje a la Muse) de kart trekt. Wat dat betreft heeft Stefan Zell een veelzijdige strot die zich fraai tentoonstelt. Ook in de rustigere nummers zoals Nemesis, Sheds en Pile Of Ash (ES-335 version) blijft zijn stem fier overeind. Nemesis start als een ballad maar ontwikkelt zich gaandeweg de rit als een krachtig progressief nummer waarin de keyboards sterk naar voren komen inclusief een lekkere solo waar Jonas Jansson zijn gitaar weer op laat antwoorden. Daarbij zorgen kleine ritmeverschuivingen voor beweging. De rest van het album is van hetzelfde laken een pak. Our Last Goodbye is topprog, vol sfeer in een stevig muzikaal decor, werkend naar aanstekelijke refreinen. Wolverine weet namelijk hoe ze sfeer moeten opbouwen zoals in Pledge dat daarbij vol zit met mooie ontladingen. Een nummer waarin drummer Marcus Lobsjer (die trouwens met Per Hendriksson ook (mede)verantwoordelijk is voor de meeste muziek) zijn kunsten mooi naar de voorgrond zet.
Deze Zweden geven je met 68 minuten progrock een mooi product waarin er voldoende diversiteit is, maar waar tevens de toegankelijkheid gewaardborgd wordt en het voor velen goede kost is om naar te luisteren. Machina Viva kent vele raakvlakken met andere progressieve bands, terwijl ze hun eigen geluid netjes neerzetten.

Related posts

A La Carte – Born To Entertain

Objector – Slave New World

Grendel’s Sÿster – Katabasis into the Abaton/Abstieg in die Traumkammer