Jong kan je de frontmanmen Franz Muse (zang en gitaar) en de inmiddels al een hele tijd op het nest teruggekeerde Ludan Dross (laptop) bezwaarlijk nog noemen. Daarvoor zit er intussen al wat teveel grijs in hun respectievelijke paardenstaarten. Dan oogt drummer Bernard Trontin nog het meest fris. Aan de opkomst voor hun show in Brussel te zien, kan je ook hun godenstatus schrappen. In de afgerond 20 jaar dat ze naar België komen voor shows, hebben ze nooit een zaal nodig gehad met een capaciteit die groter is dan die van de als steeds gezellige Botanique. Hun cultstatus maken ze dan weer wel waar als andere bands en artiesten als Sepultura, Mike Patton, Devin Townsend, U2 en David Bowie in interviews vertellen waar ze de mosterd gehaald hebben.
De Young Gods starten hun set in de Botanique met nummers uit hun recentste album, te beginnen met Entre En Matiere. Het nummer start met een ambient-vibe en heel minimale belichting. De gitaarklanken van Franz Muse doen hier vaag wat denken aan The Cure tijdens Fascination Street. Het publiek reageert meteen enthousiast maar ondanks dat deze Zwitsers reeds acht of negen keer eerder in deze zaal speelden, kan er aan het begin van de set niet meer begroeting af dan een wel heel zuinig ‘bonsoir’. Vreemd overigens hoe Franstalige bands er zomaar vanuit gaan dat het hele Belgische publiek dan wel eentalig Frans zal zijn alleen al omdat de venue in Brussel ligt.
Het tweede nummer in de set is Figure Sans Nom, een stuk dansbaarder en met tekstlijn die als een mantra de zaal ingaat. Nog meer nieuw werk volgt met Tear Up The Red Sky. Aanvankelijk krijgen ze het publiek hiermee niet veel enthousiaster dan wat heen en weer wiegen, maar met een kletterende finale komt er eindelijk wat meer beweging in het publiek. Opnieuw krijgt het enthousiast-applaudieserdende publiek een wel heel zuinig ‘merci beaucoup’ teruggekaatst van de zanger.
All My Skin Standing krijgt een net iets warmere ontvangst. Tribale drums, EBM en explosieve gitaarnoise worden in deze track in de blender gegooid in een wel heel lange versie van deze track. De Jonge Goden zitten dan al ruim 40 minuten ver in de set en er zijn nog maar vier tracks gepasseerd. Maar het publiek geniet met volle teugen.
De set zakt een beetje in bij Moon Above. Hier mixen de Young Gods impro-jazz met noise en dikke geuten blues, met zelfs een stukje mondharmonica. Op het album klinkt het beter, maar live krijgt deze ene track maar net een voldoende. Daarna komt eindelijk ouder werk aan de beurt met About Time uit 2007. Op Envoyé uit 1987 laat Franz Muse voor het eerst zijn gitaar aan de kant en gaat hij een eind jongleren met zijn microfoostandaard met in de voet een ingebouwde spot. Op dit oudje gaan de fans meteen helemaal los. De reguliere set wordt afgesloten met een track uit het nieuwe album die als beste aansluit bij het oudere werk: You Gave Me A Name komt het dichtste in de buurt van de EBM van eind jaren ’80 en begin jaren ‘90.
Het geduld van de oudere fans wordt beloond in de bisronde, met de Young Gods-klassiekers Kissing The Sun, Gasoline Man en Skincrawlers. Anders dan in Londen of Parijs krijgt het Brusselse publiek nog een extra toegift: Everythem.
Young Gods is één van die zeldzame bands die erin slaagt om zijn publiek te laten meegroeien met de band. Alleen jammer misschien dat het publiek niet in aantal is meegegroeid.